Het meest geavanceerde Amerikaanse vliegdekschip, de USS Gerald R. Ford, is zondag
gearriveerd in de Caribische Zee, als onderdeel van een omvangrijke antidrugsoperatie van de
Verenigde Staten. De missie, die bekendstaat als “Operatie Southern Spear”, omvat bijna twaalf
marineschepen en zo’n 12.000 matrozen en mariniers.
De aankomst van het vliegdekschip volgt op recente Amerikaanse aanvallen op schepen die
verdacht worden van drugstransport, waarbij sinds begin september minstens 83 mensen zijn
omgekomen in 21 incidenten in het Caribisch gebied en de oostelijke Stille Oceaan. Zaterdag
vernietigde het leger een boot in internationale wateren, met drie doden als gevolg.
De aanvalsgroep passeerde zondagochtend de Anegada Passage nabij de Britse
Maagdeneilanden. Schout-bij-nacht Paul Lanzilotta, commandant van de aanvalsgroep,
benadrukte dat de missie gericht is op het beschermen van de veiligheid en welvaart van het
westelijk halfrond tegen narcoterrorisme. Admiraal Alvin Holsey, verantwoordelijk voor het
Caribisch gebied en Latijns-Amerika, noemde de inzet van de groep “een cruciale stap in de
bescherming van de regio en het Amerikaanse thuisland.”
In Trinidad en Tobago, slechts 11 kilometer van Venezuela verwijderd, zijn al gezamenlijke
oefeningen gestart tussen Amerikaanse troepen en lokale strijdkrachten. Minister van
Buitenlandse Zaken Sean Sobers benadrukte dat de trainingen gericht zijn op het aanpakken van
gewelddadige criminaliteit en het bestrijden van drugstransporten naar Europa en Noord-
Amerika.
De mariniers van de 22e Expeditie-eenheid voeren de oefeningen uit vanaf de marineschepen die
al maanden voor de Venezolaanse kust liggen. De operatie onderstreept de uitbreiding van de
Amerikaanse militaire aanwezigheid in de regio en roept vragen op over de strategische intenties
van de regering-Trump in Zuid-Amerika.
