In De Nationale Assemblée klonken woensdag geschokte en bezorgde reacties na de presentatie
van een voorlopige ‘onderwijsscan’ door minister Dirk Currie van Onderwijs, Wetenschap en
Cultuur. Vrijwel alle fracties pleitten voor een speciale themavergadering direct na de
begrotingsbehandeling, gevolgd door een onderwijscongres met het onderwijsveld en
deskundigen.
Uit de presentatie bleek dat Suriname structureel te weinig investeert in onderwijs. Terwijl de
regionale norm tussen de 15 en 20 procent van het bruto binnenlands product (bbp) ligt, blijft
Suriname daar al jaren ruim onder. Voor 2025 is het slechts afgerond 10 procent. Het ministerie
beschikt over een budget van SRD 6,6 miljard, goed voor 9 procent van de totale staatsbegroting.
Daarvan gaat 90 procent naar personeelskosten, voornamelijk salarissen van leerkrachten,
waardoor er nauwelijks ruimte is voor beleidsinvesteringen.
Tot verbazing van het parlement gaf Currie aan dat zijn begroting het onderwijs “bij lange na niet
bereikbaar en toegankelijk” maakt voor alle kinderen in het land. Het grootste deel van het
huidige budget is bovendien al gealloceerd voor verplichtingen die stammen uit de vorige
regeringsperiode, waardoor nieuwe beleidsmaatregelen nauwelijks uitvoerbaar zijn.
De minister schetste ook dat het onderwijs in het binnenland een achterstand van bijna 50 jaar
kent. Daarbij is de motivatie van leerkrachten sterk afgenomen, zowel door financiële problemen
als een gebrek aan maatschappelijke waardering. Toch garandeerde hij dat alle scholen – ook in
het binnenland – op 1 oktober openen. Er is een schema opgesteld om leerkrachten uit het
binnenland op te halen, en voor docenten die daar werken moeten extra incentives worden
ontwikkeld.
BEP-fractieleider Ronny Asabina noemde de situatie “een enorme schande” en wees erop dat de
problemen al jaren bekend zijn. DNA-voorzitter Ashwin Adhin sloot zich aan bij de roep om
structurele hervormingen en stelde dat het onderwijsbudget naar minimaal 15 procent van het
bbp moet worden verhoogd. Hij riep onderwijsprofessionals op om deel te nemen aan de
geplande themavergadering en het congres.
Vicepresident Gregory Rusland zegde toe dat de regering bereid is mee te werken aan
verbeteringen en de oproep van het parlement serieus te nemen. Vanuit de zaal kwamen ook
suggesties om de financiële achterstanden snel weg te werken en de motivatie van leerkrachten te
vergroten. NPS-parlementariër Jerrel Pawiroredjo stelde concreet voor dat regering en parlement
zich nu al committeren om een aanzienlijk deel van toekomstige staatsinkomsten te investeren in
de hervorming van het onderwijs.
Minister Currie sloot af met de belofte dat zijn beleid een totaal nieuwe benadering zal volgen:
“Niemand, van nergens, moet of zal worden achtergelaten.”