Voormalig kabinetsdirecteur Eugene van der San uit scherpe kritiek op president Chan Santokhi,
die afgelopen week meer dan honderd Surinamers decoreerde in het kader van het naderende 50-
jarig jubileum van de Surinaamse onafhankelijkheid. Volgens Van der San is het staatsrechtelijk
onjuist om deze onderscheidingen nu al uit te reiken, terwijl Srefidensi pas over vier maanden
plaatsvindt.
“Je kunt mensen niet nu decoreren voor een gebeurtenis die nog niet heeft plaatsgevonden. De
oorkondes die op basis van 50 jaar onafhankelijkheid worden uitgereikt, moeten ondertekend
worden door de president die op dat moment in functie is. En dat zal Santokhi dan niet meer
zijn,” aldus Van der San in het programma Bakana Tori.
“Populistische handeling”
Van der San stelt dat Santokhi de gelegenheid heeft aangegrepen om “een paar loyalisten te
decoreren” onder het mom van een officiële viering. Hij noemt dit een populistische handeling,
verpakt als staatsaangelegenheid.
Hoewel het decoratierecht op basis van artikel 108 van de Grondwet een presidentiële
bevoegdheid is, benadrukt Van der San dat dit gebonden is aan formele wettelijke kaders,
waaronder de Wet op de Gele Ster en de Wet op de Palm. Deze wetten regelen onder meer de
rangen en momenten waarop decoraties mogen worden toegekend.
“Deze twee wetten vormen de staatsrechtelijke grondslag voor het decoratieproces. Wat we nu
zien, is een afwijking van die wettelijke basis,” waarschuwt Van der San.
Bezorgd over bestuurscultuur
De voormalige kabinetsdirecteur stelt dat Santokhi tijdens zijn ambtsperiode vaak sprak over
democratie en rechtsstaat, maar diezelfde principes volgens hem structureel heeft ondermijnd.
“De manier waarop deze president vijf jaar lang omging met staatsrechtelijke nuances toont het
gevaar van het verwarren van persoonlijke agenda’s met institutionele processen,” aldus Van der
San.
Novemberdecoraties in twijfel
Met het oog op de officiële Srefidensi-viering in november, vraagt Van der San zich af hoe de
aankomende regering de vroegtijdig gedecoreerde groep zal beoordelen. “Zal men deze
onderscheidingen als geldig beschouwen, of zal het nieuwe staatshoofd alsnog een aparte groep
moeten decoreren?”
De kwestie zet volgens Van der San het belang van zorgvuldigheid binnen het openbaar bestuur
opnieuw op scherp.