De geplande bouw van een callcenter op de hoek van de Nickeriestraat en Marowijnestraat blijft de gemoederen bezighouden. De verwachte rechterlijke uitspraak in het kort geding is tot op heden uitgebleven, tot grote frustratie van de buurtbewoners zegt Conrad Issa, woordvoerder van de belangengroep. “We zitten in onzekerheid af te wachten,” aldus Issa.
De bewoners van de Nickeriestraat en omliggende straten voeren al maanden actie tegen de komst van het callcenter. Zij maken zich ernstige zorgen over de leefbaarheid van hun wijk. Hun bezwaren richten zich vooral op geluidsoverlast, drukte en aantasting van de rust in een gebied waar ook scholen en sportfaciliteiten gevestigd zijn.
Protestborden met teksten als “Geen callcenter naast de woonwijk” en “President, laat dit niet toe” sieren inmiddels de straten. De bewoners voelen zich buiten het besluitvormingsproces gehouden en vinden dat er sprake is van een gebrek aan transparantie vanuit de overheid.
“Deze wijk heeft jarenlang op eigen kracht gezorgd voor veiligheid en onderhoud. En nu wordt er zonder overleg een 24-uursbedrijf gepland in onze directe omgeving,” zegt Issa. Hij benadrukt dat pogingen tot dialoog zijn gestrand, omdat de bewoners een ander beeld voorgeschoteld kregen dan wat nu gerealiseerd dreigt te worden.
Een belangrijk kritiekpunt is het ontbreken van een buurtonderzoek. “Geen enkele vertegenwoordiger van het commissariaat is met ons in gesprek gegaan,” stelt Issa. Ook andere bewoners bevestigen dat zij nooit zijn benaderd of geïnformeerd. “Als iemand de moeite had genomen met ons te praten, hadden we onze zorgen kunnen uiten,” zegt een buurtbewoonster.
Districtssecretaris Renaldo Soekhoe bevestigt dat de rechter nog geen uitspraak heeft gedaan. Die zou oorspronkelijk in mei plaatsvinden. “We wachten af,” aldus Soekhoe.
Voorlopig liggen de bouwwerkzaamheden stil, in afwachting van het vonnis. De buurtbewoners maken echter duidelijk dat hun verzet niet zal verslappen zolang hun stem niet gehoord wordt. “We gaan door met onze acties tot er recht wordt gedaan aan onze bezwaren,” besluit Issa.