Suriname heeft een belangrijke stap gezet in de professionalisering van de beveiligingssector met de oprichting van een Technische Commissie Beveiligingsstandaarden. De commissie is onder leiding van het Surinaams Standaarden Bureau (SSB) virtueel geïnstalleerd en zal zich richten op het vertalen van internationale beveiligingsnormen naar de Surinaamse context. De oprichting van de commissie is tot stand gekomen op verzoek van de Beveiligingsautoriteit Suriname. Dankzij een licentieovereenkomst met het British Standards Institution (BSI) uit het Verenigd Koninkrijk kunnen internationale standaarden nu officieel worden gebruikt als uitgangspunt voor lokale regelgeving. Het gaat om normen op het gebied van onder andere: bewakings- en beveiligingsdiensten cameratoezicht alarmsystemen persoonsbeveiliging inzet van beveiligingshonden cyberveiligheid bescherming van kritieke infrastructuur Uniformiteit en veiligheid centraal Waarnemend SSB-directeur Tanwir Hassankhan benadrukte bij de installatie het belang van eenduidige richtlijnen, zeker nu criminaliteit zich steeds vaker digitaal manifesteert. “Het is belangrijker dan ooit om te beschikken over actuele en heldere standaarden die bijdragen aan een professionele en veilige dienstverlening,” aldus Hassankhan. Breed gedragen samenwerking De commissie bestaat uit vertegenwoordigers van diverse belanghebbenden binnen de sector, waaronder beveiligingsbedrijven zoals Securitas, Surinam Protection NV, Guardian Jannes, en Muhaarib Security, evenals de Safety & Security Academy, het Nationaal Leger en het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Het SSB spreekt zijn waardering uit voor de actieve betrokkenheid van de leden en kijkt uit naar een nauwe samenwerking. De verwachting is dat de ontwikkeling van nationale beveiligingsstandaarden zal bijdragen aan meer betrouwbaarheid, transparantie en professionaliteit binnen de sector.
Dorpen in Para getraind in duurzaam bosbeheer: Tropenbos Suriname start project voor ecologische én economische veerkracht
Tropenbos Suriname (TBS) is gestart met een grootschalig trainingsprogramma voor dorpsgemeenschappen in het district Para, gericht op duurzaam bosbeheer. Dit programma maakt deel uit van een breder project dat loopt van januari 2025 tot juni 2026 en wordt gefinancierd door de Alcoa Foundation. Het doel is om lokale kennis te versterken, bosdegradatie tegen te gaan en bij te dragen aan zowel ecologische als economische stabiliteit in Suriname. Eerste training: bosinventarisatie en monitoring De eerste driedaagse training werd verzorgd in het Jan Starke Opleidings- en Ontspanningscentrum door de Stichting Forestry and Agriculture Support Suriname. Het thema was bosinventarisatie en monitoring, waarbij deelnemers niet alleen theoretische kennis opdeden, maar ook praktijkervaring opdeden in het veld. Volgens projectcoördinator Niradj Hanoeman was de betrokkenheid groot:“De sfeer was enthousiast en de deelnemers leverden waardevolle input. Op basis van hun feedback wordt de inhoud van de trainingen continu verbeterd. De actieve participatie van de dorpen geeft het traject extra betekenis.” Elke maand zal een nieuwe trainingssessie plaatsvinden. Bovendien is er een uitwisselingscomponent opgenomen, waarbij dorpen ervaringen met elkaar delen. Zo staat onder andere een uitwisseling met Bigi Poika op de planning – een dorp dat reeds beschikt over certificering op het gebied van bosbeheer. Zes dorpen, één gezamenlijke missie De deelnemende dorpen zijn Wit Santi, Hollandse Kamp, Pikin Saron, Korhopa, Matta en Bigi Poika. Elk dorp heeft een vertegenwoordiging samengesteld, inclusief leden van het traditioneel gezag. Deze dorpsvertegenwoordigers worden opgeleid om de verworven kennis lokaal toe te passen en te delen met hun gemeenschappen. Met alle dorpen zijn samenwerkingsovereenkomsten gesloten waarin wederzijdse verantwoordelijkheden en projectdoelen zijn vastgelegd. Daarnaast ontvangen zij materialen ter ondersteuning van hun bosbouwactiviteiten. Lokale gemeenschappen als hoeders van het bos Dit initiatief onderstreept de visie van TBS dat duurzaam bosbeheer niet van bovenaf moet worden opgelegd, maar vanuit de gemeenschappen zelf moet groeien. Door kennis en middelen te delen, wil het project de capaciteit van dorpen vergroten om hun bossen effectief, duurzaam én economisch verantwoord te beheren. Tropenbos Suriname benadrukt dat de bescherming van het Surinaamse bosgebied hand in hand moet gaan met de versterking van de gemeenschappen die er dagelijks van afhankelijk zijn.
Minister Landveld roept op tot commerciële hervorming bij SLM: “Zelfstandigheid zonder structurele staatssteun”
De Surinaamse Luchtvaart Maatschappij (SLM) moet haar rol als nationale luchtvaartmaatschappij blijven vervullen, maar tegelijkertijd bedrijfsmatig en winstgevend opereren. Dat stelde minister Raymond Landveld van Transport, Communicatie en Toerisme (TCT) donderdag tijdens een kennismakingsbezoek aan het staatsbedrijf. Tijdens het werkbezoek werd de minister uitvoerig geïnformeerd door de Raad van Commissarissen (RvC) en de directie over de huidige financiële situatie van de SLM. Daarbij kwamen onder meer de reeds genomen bezuinigingsmaatregelen en toekomstplannen aan bod, gericht op het structureel versterken van het bedrijf. “Geen toekomst met blijvende staatssteun” Waarnemend CEO Steven Gonesh schetste de precaire situatie waarin de luchtvaartmaatschappij verkeert. Hij gaf aan dat het voortzetten van de vliegoperaties zonder financiële steun van de overheid ernstig onder druk staat. Volgens Gonesh zou het wegvallen van de SLM ernstige gevolgen hebben voor onder meer het toerisme en de logistieke keten in het land. Minister Landveld sprak zijn begrip uit voor de zorgen binnen het bedrijf, maar benadrukte dat de huidige situatie een fundamentele koerswijziging vereist.“De SLM moet toewerken naar een model waarbij zij zelfstandig en zonder structurele staatssteun kan opereren. Investeringen moeten gericht zijn op commerciële groei én op het aflossen van staatsleningen. Commercieel denken én transparant handelen zijn nu essentieel,” aldus de minister. Open dialoog en transparantie Landveld gaf aan tevreden te zijn met de openheid van het gesprek en benadrukte het belang van transparante communicatie tussen het ministerie en de SLM. Na het overleg kreeg hij een rondleiding op het hoofdkantoor van de luchtvaartmaatschappij. De minister werd tijdens zijn bezoek vergezeld door zijn secretaris Rildo Aserie, directeur Transport Estrea Noordzee en de leden van zijn ondersteuningsteam: Paul Misdjan, Iwan Dobai, Lenie Josafath, Maya Dorinnie en Michael Noordzee. Met zijn oproep tot hervorming en meer commerciële slagkracht onderstreept minister Landveld de noodzaak om de SLM klaar te stomen voor een duurzame en zelfstandige toekomst in de luchtvaartsector.
Hof van Justitie stelt uitspraak over rechtmatigheid vervolging ex-minister Hoefdraad uit tot november
Het Hof van Justitie (HvJ) heeft de uitspraak over de rechtmatigheid van de vervolging van oud-minister van Financiën Gillmore Hoefdraad uitgesteld tot 21 november. De beslissing zou aanvankelijk vandaag genomen worden tijdens een openbare civiele zitting, maar is opgeschort. Hoefdraad, die sinds 2020 voortvluchtig is, vecht in deze civiele rechtszaak zowel zijn vervolging als zijn eerdere veroordeling aan in het grootschalige corruptieschandaal rond de Centrale Bank van Suriname (CBvS). Volgens hem en zijn juridisch team was de veroordeling onrechtmatig vanwege een foutieve procedure rondom zijn in staat van beschuldigingstelling door De Nationale Assemblée (DNA). Juridisch geschil over parlementaire procedure De kern van de zaak ligt in de parlementaire besluitvorming. Hoefdraad stelt, bij monde van zijn advocaat Murwin Dubois, dat hij niet vervolgd kon worden, omdat de DNA hem tijdens de regeerperiode 2015–2020 onder leiding van toenmalig Assembleevoorzitter Jennifer Simons (NDP) niet in staat van beschuldiging had gesteld. In de daaropvolgende regeerperiode (2020–2025), onder voorzitterschap van Marinus Bee (ABOP) en in coalitie met de VHP, werd dat besluit herzien en alsnog een inbeschuldigingstelling goedgekeurd. Volgens Dubois is dit in strijd met het ordereglement van de DNA, waarin staat dat een eerder genomen besluit alleen mag worden herzien bij het aanleveren van nieuwe of gewijzigde informatie. Juist die nieuwe informatie ontbrak, aldus Dubois. Hij verwijst naar een schriftelijke verklaring van toenmalig procureur-generaal Roy Baidjnath Panday, waarin deze zelf aangaf dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden waren toegevoegd bij het tweede verzoek. Internationaal element: Interpol trekt zich terug Een opmerkelijke wending in de zaak is de beslissing van Interpol om Hoefdraad te verwijderen van de internationale opsporingslijst. De internationale politieorganisatie baseerde dat besluit op het gebrek aan aanvullende informatie van de Surinaamse justitie en stelde dat de zaak mogelijk politiek gemotiveerd is. Interpol verbood Suriname bovendien om nog langer gebruik te maken van haar opsporingskanalen in deze zaak. Deze internationale ontwikkeling wordt door Hoefdraad en zijn juridische team aangehaald als steun voor hun standpunt dat de vervolging onrechtmatig is en gekleurd door politieke belangen. Uitspraak op 21 november Het Hof van Justitie zal op 21 november 2025 uitspraak doen over de vraag of de vervolging van Gillmore Hoefdraad rechtmatig is verlopen. Tot die tijd blijft de zaak onderwerp van zowel juridische als politieke discussie.
Zuid-Afrikaanse universiteit bestrijdt stroperij met radioactieve neushoornhoorns
De Universiteit van de Witwatersrand in Zuid-Afrika is donderdag officieel gestart met een baanbrekende campagne om de stroperij van neushoorns tegen te gaan. Onder de noemer Rhisotope Project worden neushoornhoorns geïnjecteerd met traceerbare, maar onschadelijke radioactieve isotopen. Deze innovatieve aanpak maakt het mogelijk om illegaal verhandelde hoorns sneller op te sporen via stralingsdetectoren op luchthavens en grensposten wereldwijd. Hoorns als ‘nucleaire valstrik’ Het project is een samenwerking tussen nucleaire wetenschappers en natuurbeschermers. In de eerste officiële fase zijn vijf neushoorns behandeld, als start van een bredere uitrol. De universiteit wil hiermee de illegale handel in hoorns bemoeilijken en opsporing van smokkelaars wereldwijd verbeteren. Volgens professor James Larkin, wetenschappelijk directeur van het Rhisotope Project, is de techniek inmiddels grondig getest. Tijdens een eerdere proef werden twintig neushoorns behandeld in een beschermd reservaat, zonder negatieve gevolgen voor hun gezondheid.“We hebben wetenschappelijk aangetoond dat deze methode volkomen veilig is voor de dieren én zeer effectief in het opsporen van smokkelwaar,” aldus Larkin. Zelfs hoorns met lagere niveaus van radioactiviteit dan nu gebruikt zal worden, activeerden met succes alarmen in internationale nucleaire detectiesystemen. Volgens de onderzoekers blijven de isotopen detecteerbaar, zelfs wanneer hoorns diep verborgen zitten in bijvoorbeeld een zeecontainer van 40 voet. Dringende noodzaak De maatregel komt op een cruciaal moment. Volgens de Internationale Unie voor Natuurbescherming (IUCN) is de wereldwijde neushoornpopulatie in iets meer dan een eeuw tijd gekelderd van zo’n 500.000 naar 27.000 dieren. De aanhoudende vraag op de zwarte markt in vooral Azië, waar hoorns worden gebruikt in traditionele geneeskunst en als statussymbool, voedt de illegale jacht. Zuid-Afrika, met naar schatting 16.000 neushoorns, huisvest het grootste deel van de wereldpopulatie, maar wordt jaarlijks zwaar getroffen door stroperij. Gemiddeld worden zo’n 500 dieren per jaar gedood voor hun hoorn. Oproep tot brede deelname De Universiteit van de Witwatersrand roept eigenaren van privé-wildreservaten en nationale natuurorganisaties op om hun neushoorns te laten behandelen. Het uiteindelijke doel is het opzetten van een internationaal netwerk van beveiligde dieren in combinatie met betere controle aan douane- en grensposten. Met het Rhisotope Project hoopt Zuid-Afrika het tij te keren en neushoorns op een slimme, technologische manier te beschermen tegen uitsterving.
OM waarschuwt reizigers: meer dan USD 10.000 aan contanten strafbaar zonder toestemming
Het Openbaar Ministerie (OM) waarschuwt reizigers dat het zonder voorafgaande toestemming fysiek in- of uitvoeren van meer dan USD 10.000 (of het equivalent in andere valuta) strafbaar is als economisch delict. Inbeslagname, aanhouding, vervolging of een schikking kunnen het gevolg zijn. Veel reizigers in overtreding Volgens het OM blijven reizigers ondanks de bestaande regels contante bedragen boven de USD 10.000 het land in- of uitvoeren. Dit is in strijd met de Algemene Beschikking no. 225, gebaseerd op de Deviezenregeling van Suriname. De regeling verbiedt expliciet dat per persoon zulke bedragen zonder voorafgaande toestemming fysiek worden vervoerd over de landsgrenzen. Een overtreding van deze bepaling wordt volgens de Wet Economische Delicten gezien als een strafbaar feit. Overtreders worden in verzekering gesteld, waarna zij de mogelijkheid krijgen tot een buitengerechtelijke afdoening. Dat houdt meestal in dat men afstand moet doen van het bedrag boven de toegestane limiet. Gaat de betrokkene niet akkoord met de schikking, dan wordt de zaak voorgelegd aan de Kantonrechter. Onwetendheid beschermt niet Het OM wijst erop dat veel reizigers aangeven niet op de hoogte te zijn van deze regelgeving. Toch blijft iedere passagier zelf verantwoordelijk voor het naleven van de deviezenwetgeving. Ook als het bedrag op het Immigration Customs Form is aangegeven, blijft toestemming vereist. Zonder deze toestemming kan alsnog inbeslagname volgen. Internationale normen De meldplicht is geen unicum voor Suriname. Ook landen als de Verenigde Staten en EU-lidstaten hanteren een aangiftegrens van USD 10.000 of het equivalent daarvan. Suriname is lid van de Caribbean Financial Action Task Force (CFATF), gelieerd aan de Financial Action Task Force (FATF), en heeft daarom een verplichting om internationale normen tegen witwaspraktijken en terrorismefinanciering na te leven. OM herhaalt oproep Het OM roept reizigers op zich bewust te zijn van de geldende regels en waar nodig vooraf toestemming aan te vragen bij de bevoegde instanties.Wie de regels overtreedt, loopt risico op vervolging, financiële schade en een strafblad.
Veertig technici klaar voor olie- en gasindustrie na succesvolle NATIN-opleiding
Een tweede groep van veertig studenten heeft met succes de Olie- en Gasopleiding van het Natuur Technisch Instituut (NATIN) afgerond. Tijdens een officiële ceremonie op 31 juli 2025 ontvingen zij hun certificaat, waarmee ze nu klaar zijn voor een loopbaan in de snelgroeiende Surinaamse olie- en gassector. Opleiding sluit aan op behoefte energiesector De opleiding, die in 2022 werd gelanceerd, is ontwikkeld om lokale technici klaar te stomen voor banen in de offshore energie-industrie. Staatsolie Maatschappij Suriname N.V. fungeert als strategische partner en speelt een belangrijke rol in zowel de inhoud als uitvoering van het programma. De tweede lichting startte op 19 februari 2024 en volgde een intensief zeventien maanden durend traject. Met een slagingspercentage van 84% toont het programma een positief rendement. Tijdens de certificaatuitreiking waren prominente gasten aanwezig, waaronder Rekha Bissumbhar (Director Upstream bij Staatsolie), Patrick Brunings (waarnemend minister van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur), en de directie van het NATIN. Theorie én praktijk Deelnemers aan de opleiding beschikken over een technische vooropleiding op NATIN- of AMTO-niveau in een relevante richting. Tijdens het programma kregen zij zowel theoretisch onderwijs als praktijkervaring, onder meer via beroepsoriëntatie bij Staatsolie. Hierdoor zijn de afgestudeerden beter voorbereid op de eisen van de sector. Investering in Surinaamse ‘local content’ De opleiding maakt deel uit van het NATIN Upgrade Project, een samenwerking tussen het Ministerie van Onderwijs, Staatsolie, het bedrijfsleven en internationale oliebedrijven actief in Suriname. Het project beoogt versterking van de lokale arbeidsmarkt door Surinaamse jongeren op te leiden tot gekwalificeerde technici, die een sleutelrol kunnen spelen in de duurzame ontwikkeling van de sector. Volgens de betrokken partijen is dit een belangrijke stap in de richting van vergroting van local content, waarbij Suriname steeds meer eigen expertise inzet in plaats van afhankelijk te zijn van buitenlandse vakmensen.
Sergio Akiemboto officieel benoemd tot chefstaf op Kabinet van de President
Sergio Akiemboto is per vandaag officieel aangesteld als chefstaf op het Kabinet van de President. In verband met deze benoeming heeft hij zijn ontslag als lid van De Nationale Assemblee (DNA) ingediend. De beëindiging van zijn Assembleelidmaatschap is eerder al schriftelijk bevestigd aan DNA-voorzitter Ashwin Adhin. De vrijgekomen zetel wordt ingevuld door partijgenoot Rishidath Mathoera. Ook de plek van voormalig Assembleelid Stephen Tsang moet worden opgevuld; Michael Marengo zal als zijn opvolger aantreden. Een derde openstaande zetel wacht nog op invulling door VHP-voorzitter Chan Santokhi. Akiemboto gaf eerder bij zijn introductie als aankomend chefstaf aan dat zijn leiderschapsstijl is gestoeld op transparantie, dienstbaarheid en professionaliteit. “Ik wil een brug vormen tussen het beleid van de president en de uitvoering, en zorgen dat het kabinet effectief en doelgericht functioneert,” aldus Akiemboto. Momenteel is er nog geen officiële woordvoerder van president Jennifer Simons benoemd.
Fors meer ontbossing in Colombia: stijging van 43% in 202487
De ontbossing in Colombia is in 2024 met maar liefst 43% toegenomen ten opzichte van het jaar ervoor. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het Colombiaanse ministerie van Milieu. In totaal ging het om circa 113.608 hectare bos, met name in de kwetsbare Amazoneregio. Deze stijging markeert een scherpe ommekeer ten opzichte van 2023, toen de ontbossing juist met 36% afnam en daalde tot het laagste niveau in 23 jaar. In dat jaar werd nog 79.256 hectare bos gekapt. “Ontbossing blijft een ernstig probleem,” verklaarde minister van Milieu Lena Estrada tijdens een persconferentie in Bogota. “De Amazone wordt het hardst getroffen. Het is een uiterst kwetsbaar ecosysteem dat zwaar onder druk staat.” Droogte, criminaliteit en landbouwexpansie De minister noemt langdurige droogte en klimaatverandering, die hebben geleid tot hevige bosbranden, als een van de belangrijkste oorzaken van de recente toename. Daarnaast dragen landroof voor veeteelt, illegale aanleg van wegen en de uitbreiding van coca-plantages sterk bij aan de vernietiging van het bos. Van het totaal aan verloren bos in 2024 lag ruim 65% – zo’n 75.000 hectare – in het Amazonegebied. Colombia beschikt over ongeveer 59,1 miljoen hectare bos, wat meer dan de helft van het nationale grondgebied beslaat. Jaarlijks verdwijnen echter grote stukken woud, met grote gevolgen voor het milieu. Unieke biodiversiteit in gevaar Colombia behoort tot de landen met de grootste biodiversiteit ter wereld. Duizenden plant- en diersoorten die nergens anders voorkomen, zijn afhankelijk van het regenwoud. Milieuorganisaties waarschuwen al jaren dat de aanhoudende ontbossing een directe bedreiging vormt voor zowel het klimaat als de inheemse gemeenschappen die in het Amazonegebied leven. De Colombiaanse regering zegt te werken aan nieuwe maatregelen om illegale ontbossing aan te pakken. Tegelijkertijd erkent ze dat economische druk, georganiseerde criminaliteit en beperkte middelen het herstel bemoeilijken.
Forse toename ontbossing in Colombia: Amazoneregio zwaarst getroffen
De ontbossing in Colombia is in 2024 met maar liefst 43% toegenomen vergeleken met een jaareerder. Dat blijkt uit recente cijfers van het Colombiaanse ministerie van Milieu. In totaalverdween zo’n 113.608 hectare bos, voornamelijk in de kwetsbare Amazoneregio. Deze scherpe stijging markeert een zorgwekkende breuk met de positieve trend van 2023, toende ontbossing juist met 36% afnam tot het laagste niveau in 23 jaar. Toen ging het nog om79.256 hectare. “Ontbossing blijft aanhouden,” waarschuwde minister van Milieu Lena Estrada tijdens eenpersconferentie in Bogotá. “De Amazone wordt het hardst getroffen. Het is een van de meestgevoelige ecosystemen die we hebben.” Volgens Estrada zijn de oorzaken van de stijging divers. Bosbranden, mede veroorzaakt dooraanhoudende droogte en klimaatverandering, vormen een belangrijke factor. Daarnaast dragenlandroof voor veeteelt, illegale wegenaanleg en de uitbreiding van coca-plantages sterk bij aanhet probleem. Van de totale ontbossing vond meer dan 65% plaats in het Amazonegebied – goed voor zo’n75.000 hectare bos. Colombia beschikt over ongeveer 59,1 miljoen hectare bos, wat ruim de helftvan het nationale grondgebied beslaat. Toch verdwijnen elk jaar grote stukken bos, met ernstigegevolgen voor de biodiversiteit. Colombia behoort tot de landen met de grootste soortenrijkdom ter wereld. Duizenden planten-en diersoorten komen nergens anders voor. Milieuorganisaties slaan al langer alarm over hettempo van ontbossing, dat niet alleen het klimaat schaadt, maar ook de inheemsegemeenschappen ernstig bedreigt. Hoewel de overheid aangeeft nieuwe maatregelen te nemen tegen illegale ontbossing, erkent zijdat economische druk en georganiseerde criminaliteit de handhaving en het herstel bemoeilijken.