De wisselkoers in Suriname is vrijdag opnieuw gestegen. De Amerikaanse dollar werd verkocht
voor bijna SRD 40, terwijl de euro zelfs boven de SRD 45 uitkwam. Deze scherpe stijging heeft
directe en pijnlijke gevolgen voor consumenten, producenten én ondernemers.
Landbouwsector zwaar getroffen
In de landbouwsector zijn de prijzen voor essentiële inputs zoals meststoffen flink
omhooggeschoten
- Kunstmest steeg van SRD 1.100 naar SRD 1.535 per zak van 25 kg.
- Kippenmest ging van SRD 600 naar SRD 750.
Boeren uit onder meer Saramacca Polder geven aan dat de sector nauwelijks nog rendabel is.
“De inputkosten zijn simpelweg te hoog geworden. Als dit zo doorgaat, groeit er straks alleen
nog gras op de landbouwgronden,” waarschuwt een bezorgde landbouwer.
Door de stijgende kosten verlaten veel traditionele landbouwers de sector en zoeken hun heil in
de bouw, waar de marges momenteel gunstiger lijken.
Huurders en bouwers voelen de druk
Ook huurders worden geraakt, vooral zij die hun huur in vreemde valuta moeten betalen. Door
de koersstijging zijn hun maandlasten fors toegenomen. Daarnaast melden bouwbedrijven en
particulieren hogere bouwkosten, mede door de importafhankelijkheid van materialen.
Politieke onrust als oorzaak?
Volgens Steven Debipersad, voorzitter van de Vereniging van Economisten in Suriname (VES),
is deze ontwikkeling niet onverwacht. “Dit gebeurt vóór en na elke verkiezing. Het is vaak een
reactie op politieke onzekerheid,” stelt hij. Veel mensen met kapitaal wisselen hun SRD’s om in
vreemde valuta uit angst of wantrouwen jegens de toekomstige politieke richting, wat de koers
verder opdrijft.
Geen maatregelen in zicht
Hoewel monetaire autoriteiten op de hoogte zijn van de situatie, zijn er nog geen concrete
beleidsmaatregelen aangekondigd om de koersstijging te temperen. De aanhoudende onzekerheid
op de valutamarkt laat zich steeds dieper voelen – in vrijwel alle sectoren van de samenleving.