De ontvangst van stemdozen uit Paramaribo in het Nationaal Indoor Stadion (NIS) verloopt onder een strak beveiligingsregime. Rond het Essed Stadion aan de Jagernath Lachmonstraat zijn stevige toegangsmaatregelen van kracht. Alleen voertuigen met inzittenden die een geldige werkpas kunnen tonen, mogen door de roadblock. Ook journalisten worden slechts mondjesmaat toegelaten tot het gebouw waar de stemregistratie plaatsvindt.
Van tevoren was geen sprake van een officiële uitnodigingsplicht voor media. Toch wordt de pers ter plekke geconfronteerd met die voorwaarde. Een verslaggever van Starnieuws krijgt pas na herhaald aandringen toegang tot het stadion.
Daarvoor moet echter eerst aan strikte veiligheidsprotocollen worden voldaan. Sieraden zoals kettingen, armbanden en ringen moeten worden afgedaan. Wie dat niet lukt, ondergaat een intensieve fouillering. Beveiligers volgen het protocol nauwgezet, maar tonen in enkele gevallen enige soepelheid.
Eenmaal binnen hebben journalisten slechts zicht vanaf de tweede verdieping. Daar kunnen ze toekijken hoe beneden, op de vloer van het stadion, het stemmateriaal wordt verwerkt. Het proces oogt traag: in lange tussenpozen worden plastic en kartonnen dozen binnengedragen. Bij elk pakket buigen zes tot zeven medewerkers zich over de bijgevoegde formulieren, waarna de stembussen worden geplaatst in vakken met labels per stembureau.
Vele vakken bleven op het moment van observatie nog leeg – een teken dat de telling nog in volle gang is.
De zware beveiliging en de beperkte toegang voor de media werpen vragen op over de transparantie van het verkiezingsproces. Vooral de afwijkende toelatingsregels voor de pers roepen kritiek op binnen journalistieke kringen.