De Partij Voor Communicatie (PVC) heeft bezuiniging op staatsmiddelen hoog op de agendastaan. Volgens hun voorstel moeten de president, vicepresident en ministers bij eenverkiezingswinst de helft van hun salaris inleveren. Daarnaast moeten gratis brandstof entelefoonkosten voor politieke toppers worden stopgezet. “Niemand dwingt je om minister te worden. Je doet het omdat je je bijdrage wil leveren,” zeiFrancios Abionie, sponsor en coördinator van de PVC, op D-TV Express. De PVC, met een bestuur dat uitsluitend uit vrouwen bestaat, wil Suriname besturen en ‘redden’door alleen vrouwen in de hoogste posities te plaatsen. Hoewel de partij Tamanah Williams alsvoorzitter heeft, wordt de zaak in de praktijk grotendeels getrokken door Abionie, die ook dewaarborgsom van 520.142 SRD heeft betaald. Abionie benadrukte dat het onacceptabel is dat ambtenaren met een laag loon hun vervoers- entelefoonkosten moeten betalen, terwijl politieke toppers, ondanks hun hoge salarissen, dezevoorzieningen gratis krijgen. “Daaraan zal de PVC een einde maken,” stelde hij. Ook zullen hout-, goud-, grind- en zandconcessies onder een PVC-regering tot het verledenbehoren. Daarnaast zullen alle Skalians, die zich bezighouden met goudwinning op Surinaamserivieren, worden verwijderd. “Al deze natuurlijke hulpbronnen behoren toe aan de Staat en de samenleving moet daarvanprofiteren. Geen van de andere partijen praat over de Skalians, omdat ze allemaal belangenhebben daarin. Maar ik leef niet van de Skalians, dus het is gemakkelijk om ze te verwijderen,”aldus Abionie. Op basis van een online-registratie stelt Abionie dat de PVC door ongeveer 9.000 personenwordt ondersteund. Uit angst voor corruptie door andere partijen heeft de PVC beslotenzelfstandig de verkiezingen in te gaan. Van de 100 personen die zich aanmeldden als DNA-kandidaat, zijn er 39 door de screeninggekomen. De overige 12 plekken moeten nog worden ingevuld. Abionie benadrukte dat hijzelf,zijn vrouw en kinderen uitgesloten zijn van participatie. “De vrouwen zijn in de meerderheid, dus als zij voor de partij stemmen, wint de PVC zeker. Alsde vrouwen het willen, dan kunnen we zeker twee tot drie zetels halen. En als de vrouwen niet opPVC stemmen, bemoei ik me niet meer met de politiek. Ik ben gekomen om vrouwen te helpenen als je niet geholpen wilt worden, dan houdt het op,” aldus Abionie.
Politieke analist voorspelt spannende verkiezingsstrijd in Suriname
Met nog slechts 90 dagen te gaan tot de verkiezingen van 25 mei 2025, neemt de politiekespanning in Suriname toe. Politieke analist Hardeo Ramadhin heeft zijn visie gedeeld over dekomende verkiezingen en de uitdagingen die politieke partijen moeten aanpakken om succesvolte zijn. Ramadhin benadrukte dat bezuiniging en transparantie hoog op de agenda moeten staan. Hijstelde voor dat de president, vicepresident en ministers de helft van hun salaris moeten inleverenen dat gratis brandstof en telefoonkosten voor politieke toppers moeten worden stopgezet.“Niemand dwingt je om minister te worden. Je doet het omdat je je bijdrage wilt leveren,” zeiRamadhin. De analist gaf een diepgaande analyse van de politieke landkaart van Suriname. Hij verwacht datde NDP, die in 2020 16 zetels behaalde, moet groeien naar 9.260 stemmen om hun positie tehandhaven. Dit betekent een groei van 40 procent. Ook de NPS, die momenteel 7 zetels heeft,moet aanzienlijk groeien om hun zetels te behouden.Ramadhin wees op de mogelijkheid van coalities en de noodzaak voor stabiliteit in de regering. Hij benadrukte dat de huidige regering, bestaande uit de VHP, ABOP, NPS en PL, een stabielemeerderheid heeft. Echter, de komende verkiezingen kunnen deze machtsverhoudingenveranderen, wat kan leiden tot nieuwe coalities en onderhandelingen. De analist uitte kritiek op de huidige regering, met name op het gebied van bezuiniging entransparantie. Hij benadrukte dat de opkomstpercentage een cruciale rol speelt in de uitslag vande verkiezingen. Een hogere opkomst kan leiden tot een verandering in de zetelverdeling, wat demachtsverhoudingen in de regering kan beïnvloeden.
Ziekenhuisbonden eisen uitbetaling van achterstallige toelagen
De ziekenhuisbonden houden vast aan hun ultimatum: de regering moet uiterlijk gisteren, 15maart, de achterstallige toelagen aan zorgpersoneel uitbetalen. Dit heeft Lloyd Pool, voorzittervan de Algemene Bond Personeel van het Academisch Ziekenhuis (ABPLAZ), bekendgemaakttegenover Suriname Herald. Tijdens een persconferentie afgelopen donderdag hebben de bondenhun standpunt nogmaals onderstreept. “Als de gelden op 15 maart niet op de rekeningen staan, zullen we vakbondsacties ondernemen.Het zorgpersoneel wacht al te lang op wat hen toekomt,” waarschuwde Pool. De bonden wijzen erop dat het niet alleen gaat om de terugwerkende kracht (TWK) van dekledingtoelage, maar ook om andere achterstallige betalingen. Zo zijn de overbruggingstoelagenvan februari 2023 en februari 2024 nog steeds niet voldaan. Daarnaast wachten zorgmedewerkersnog op de correctie van het vakantiegeld, dat voortvloeit uit de 15 procent loonsverhoging dievorig jaar werd doorgevoerd via de Centrale van Landsdienaren Organisaties (CLO). Volgens de bonden is de situatie onhoudbaar. Het zorgpersoneel heeft maanden gewacht op debetalingen, ondanks eerdere toezeggingen van de overheid. “We verwachten dat de regering haarverplichtingen nakomt. Zo niet, dan volgen er acties,” aldus Pool.
Onderhoudswerkzaamheden aan Desiré Bouterse Highway oproepen tot kritiek
Recent zijn er op sociale media veel negatieve reacties geweest over de werkzaamheden aan de Desiré Bouterse Highway. Critici beweren dat de regering de weg opzettelijk zou vernielen. Minister Riad Nurmohamed van Openbare Werken heeft echter verklaard dat de werkzaamheden noodzakelijk zijn om verzakkingen in de weg aan te pakken. Deze werkzaamheden vallen onder het onderhoudscontract dat al is opgenomen in de totale kosten van US$ 60 miljoen die in 2020 voor de weg zijn betaald. De Desiré Bouterse Highway, die de Afobakaweg verbindt met de John F. Kennedy Highway, is ruim 9,5 kilometer lang. De bouw van deze snelweg begon in 2017 en werd in 2020 voltooid. De weg loopt door een moerassig gebied, waardoor ook de constructie van bruggen noodzakelijk was. Met de aanleg van de highway zijn 5.000 hectare aan plantages ontsloten. In mei 2020, twee weken voor de verkiezingen, werd de weg vernoemd naar de toenmalige president Desiré Bouterse. Het totale project kostte ruim US$ 60 miljoen. Minister Nurmohamed heeft in een reactie op de kritiek verklaard dat de verzakkingen in de weg een gevaar vormen voor weggebruikers en daarom dringend moeten worden hersteld. “Er zijn verzakkingen opgetreden die een risico vormen voor de veiligheid van weggebruikers. Deze worden nu hersteld omdat er nog een onderhoudscontract loopt dat binnen de oorspronkelijke kosten van US$ 60 miljoen valt. Dit betekent dat er geen extra geld voor nodig is,” aldus Nurmohamed. De minister benadrukte dat het normaal is dat er jaren na de oplevering van een project onderhoudswerkzaamheden nodig zijn om mankementen aan te pakken. “Het onderhoud is al in de begroting opgenomen en betaald. De veiligheid van de weg is van cruciaal belang, vooral omdat er veel verkeer over de weg gaat. We kunnen geen risico’s nemen met de veiligheid van de weggebruikers,” zei Nurmohamed. Desondanks blijven de reacties op sociale media kritisch. Veel gebruikers vragen zich af waarom de verzakkingen pas nu worden aangepakt en of de regering wel voldoende heeft geïnvesteerd in de kwaliteit van de weg tijdens de bouw. De minister heeft echter herhaaldelijk benadrukt dat de werkzaamheden deel uitmaken van het reguliere onderhoud en dat er geen extra kosten zijn verbonden aan de herstelwerkzaamheden. De Desiré Bouterse Highway is een belangrijke verkeersader die niet alleen het verkeer tussen de Afobakaweg en de John F. Kennedy Highway vergemakkelijkt, maar ook bijdraagt aan de economische ontwikkeling van de regio door de ontsluiting van grote landbouwgebieden. De huidige onderhoudswerkzaamheden zijn gericht op het waarborgen van de veiligheid en duurzaamheid van de weg voor de toekomst.
Trump pleit voor vredesakkoord in Oekraïne-Rusland conflict
De Amerikaanse president Donald Trump heeft vrijdag een dringend beroep gedaan op de Russische president Vladimir Putin om de Oekraïense troepen in de regio Kursk te sparen. Dit gebeurde na een ontmoeting tussen Trumps gezant, Steve Witkoff, en Putin in Moskou. Trump beschreef de ontmoeting als “zeer goed en productief” en benadrukte dat er een grote kans is dat de bloedige oorlog eindelijk tot een einde komt. Trump plaatste een bericht op sociale media waarin hij verklaarde dat het Russische leger duizenden Oekraïense troepen in Kursk volledig had omsingeld. Hij riep Putin op om hun levens te sparen en een bloedbad te voorkomen. “Dit zou een verschrikkelijk bloedbad zijn, een bloedbad dat we sinds de Tweede Wereldoorlog niet meer hebben gezien,” zei Trump. Putin reageerde door te stellen dat hij de oproep van Trump zou honoreren als de Oekraïense troepen zich zouden overgeven. Hij beschuldigde de Oekraïense strijdkrachten van misdaden tegen burgers in Kursk, iets wat Kiev ontkent. Putin benadrukte echter dat hij de oproep van Trump vanwege humanitaire overwegingen begreep. “Als de Oekraïense troepen hun wapens neerleggen en zich overgeven, zullen ze de garantie krijgen op hun leven en een fatsoenlijke behandeling,” aldus Putin1. Militaire analisten hebben aangegeven dat de Oekraïense troepen in Kursk vrijwel zijn afgesneden en snel terrein verliezen. De regio Kursk werd in augustus 2024 een belangrijk strijdtoneel toen Oekraïne een stuk van het Russische grondgebied innam, wat een potentieel onderhandelingsobject kon zijn bij toekomstige vredesgesprekken. Zeven maanden later staat Kursk opnieuw in de schijnwerpers, nu Russische troepen de Oekraïners volledig proberen te verdrijven1. De Oekraïense president Volodymyr Zelensky erkende dat de situatie in Kursk “zeer moeilijk” is, maar ontkende dat zijn troepen omsingeld waren. Hij zei dat de troepen zich terugtrokken naar betere verdedigingsposities. Zelensky benadrukte ook dat het offensief bij Kursk erin geslaagd was Russische troepen van andere fronten af te leiden2. Ondanks de toenemende spanningen, blijft er hoop op een vredesakkoord. Trump heeft herhaaldelijk opgeroepen tot een staakt-het-vuren en een definitieve overeenkomst. Putin heeft aangegeven dat hij in principe achter het voorstel van Trump staat, maar dat er nog enkele cruciale voorwaarden moeten worden voldaan voordat de gevechten kunnen worden gestaakt. Dit zou kunnen leiden tot langere onderhandelingen3. De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Marco Rubio, zei tijdens een G7-bijeenkomst in Canada dat er mogelijk dit weekend gesprekken over Oekraïne zullen plaatsvinden. “We hebben zeker het gevoel dat we minstens een paar stappen dichter bij het beëindigen van deze oorlog en het brengen van vrede zijn. Maar het is nog steeds een lange weg,” aldus Rubio1. De situatie in Kursk blijft kritiek, met beide zijden die zich voorbereiden op verdere confrontaties. De internationale gemeenschap volgt de ontwikkelingen nauwlettend en hoopt op een snelle oplossing om verdere bloedvergieten te voorkomen.
Gewapende roofoverval op busje in Paramaribo: daders nog voortvluchtig
Drie gewapende en gemaskerde mannen zijn nog steeds voortvluchtig na een gewelddadige roofoverval op een busje donderdagmiddag aan de Gongrijpstraat in Paramaribo. De overval slachtoffers, arbeider L.E. (51) en zijn werkgever Q.L., werden onder bedreiging beroofd van een groot geldbedrag in Surinaamse dollars (SRD), persoonlijke documenten, een mobiele telefoon en een autosleutel. De politie van het bureau Centrum vond de slachtoffers ter plekke in een Toyota Hiace busje. Volgens het voorlopige onderzoek van de politie bestaat het vermoeden dat de slachtoffers, die vanuit het district Brokopondo naar Paramaribo waren vertrokken, vanaf een cambio aan de Anamoestraat door de verdachten werden achtervolgd. Toen ze de Gongrijpstraat bereikten, werden de arbeider en zijn werkgever plotseling klemgereden door een wit voertuig. Uit dit voertuig stapten de drie gewapende en gemaskerde mannen, die enkele schoten afvuurden in de richting van het busje. Onder bedreiging namen de verdachten vervolgens de geldbedragen en andere goederen mee, zo meldt de politie Public Relations. Na de overval vluchtten de daders met hoge snelheid in de richting van de Schietbaanweg. De slachtoffers hebben gelukkig geen verwondingen opgelopen, maar het busje vertoont wel kogelinslagen en is door de politie in beslag genomen voor verdere onderzoeken. De politie heeft een oproep gedaan aan getuigen of iedereen met relevante informatie om contact op te nemen. De zoektocht naar de daders is nog volop gaande, en de autoriteiten hopen snel tot een arrestatie te komen. Deze gewapende overval is een schokkende gebeurtenis die de veiligheid in Paramaribo opnieuw onder de aandacht brengt. De politie benadrukt het belang van samenwerking met de gemeenschap om dergelijke misdaden te voorkomen en de daders voor gerechtelijk vervolging te brengen.
ROM en Fernandes Group bundelen krachten tegen plasticvervuiling
Het ministerie van Ruimtelijke Ordening en Milieu (ROM) en de Fernandes Group slaan dehanden ineen om plasticvervuiling in Suriname aan te pakken. Minister Marciano Dasai enBryan Renten, CEO van Fernandes Group, hebben een intentieverklaring ondertekend waarmeeeen duurzame samenwerking wordt gestart. Het doel is om afvalbeheer en recycling tebevorderen door innovatieve oplossingen en milieubewustzijn te stimuleren. Deze samenwerking richt zich op diverse initiatieven om plasticvervuiling te verminderen enduurzame afvalverwerking te bevorderen. De overeenkomst omvat onder andere: Uitbreiding van inzamelpunten voor plastic afval en verhoging van derecyclingcapaciteit. Ondersteuning van het FUSE Kitchen-project, dat plastic afval omzet in bouwmaterialen. Beleidsmaatregelen en belastingvoordelen ter bevordering van recyclinginitiatieven. Educatieve programma’s en bewustwordingscampagnes over afvalscheiding. Pilotprojecten met bouwmaterialen vervaardigd uit gerecycled plastic. Minister Dasai onderstreept het belang van gezamenlijke inspanningen door overheid,bedrijfsleven en burgers. “Plasticafval vormt een groeiend probleem in Suriname. Samen metFernandes streven we naar een circulaire economie waarin plastic afval wordt omgezet inwaardevolle bouwmaterialen. Dit draagt niet alleen bij aan een schoner milieu, maar biedt ookeconomische kansen.” De Fernandes Group heeft reeds jaren ervaring met milieubewuste initiatieven. CEO Rentenwijst erop dat het bedrijf eind jaren 90 al begon met het opzetten van inzamelstructuren voorplastic flessen op scholen. “Met het FUSE Kitchen-project zetten we een volgende stap induurzaam ondernemen. We ontwikkelen kunststof planken die even sterk zijn als hout, maar eenlangere levensduur hebben. Dit biedt een innovatieve oplossing voor zowel afvalbeheer als debouwsector.” Volgens Renten produceert Suriname jaarlijks ongeveer 20 miljoen kilo plastic afval. Door dezesamenwerking wordt een aanzienlijk deel hiervan hergebruikt, wat de druk op stortplaatsenvermindert en bijdraagt aan het behoud van biodiversiteit. Het project start in Paramaribo met een pilotfase, waarbij de nadruk ligt op bewustwording enhet stimuleren van afvalscheiding. Minister Dasai roept burgers op om actief deel te nemen: “Wehebben maar één milieu, en het is onze verantwoordelijkheid om het te beschermen. Kleineacties, zoals plastic scheiden, maken een groot verschil.” Fernandes verwacht binnenkort de benodigde machines te ontvangen en hoopt het projectuiteindelijk landelijk uit te breiden. Daarnaast wordt gekeken naar verdere innovaties, zoalsalternatieve duurzame verpakkingsmaterialen en samenwerkingen met andere bedrijven enorganisaties.
Constitutioneel Hof functioneert niet door bureaucratische obstakels
Het Constitutioneel Hof (CHof) in Suriname kampt sinds januari met een ernstige verstoring vanzijn werkzaamheden. Dit komt doordat de secretaris van het hof is overgeplaatst naar hetministerie van Justitie en Politie, terwijl een plaatsvervangend secretaris nog steeds niet isaangesteld. Ondanks dat de benodigde documenten al geruime tijd bij de regering liggen, is ernog geen besluit genomen over de benoeming. Zonder secretaris kan het CHof geen openbarezittingen houden en geen nieuwe verzoekschriften in behandeling nemen. Voorzitter Gloria Stirling geeft aan dat bureaucratie en de aanstaande verkiezingen bijdragen aande vertraging. “Het proces verloopt stroperig en levert tot nu toe geen concrete resultaten op. Weworden van het kastje naar de muur gestuurd,” stelt ze teleurgesteld. Het hof wil in de huidige samenstelling nog een uitspraak doen over een lopendeauteursrechtenzaak, waarin betrokkenen al meer dan een jaar op een beslissing wachten. Stirlingbenadrukt dat het onacceptabel is om hen nog langer in onzekerheid te laten. Rechtszekerheidkomt hiermee in het geding en het hof kan zijn grondwettelijke taak niet naar behoren uitvoeren.Andere belangrijke zaken, zoals vraagstukken over grondenrechten en de l-decreten, zullen doorde nieuwe leden moeten worden opgepakt. Ook het indienen van nieuwe verzoekschriften ligtstil vanwege het gebrek aan een secretaris. Daarnaast wil Stirling haar termijn afronden met een evaluatierapport, maar zij wijst erop dat derechtspositie van de leden en plaatsvervangende leden nog steeds niet officieel is vastgelegd.Ook institutionele versterking van het hof blijft uit, ondanks herhaalde gesprekken hierover. “Hetwerk is de afgelopen jaren met veel improvisatie rondgemaakt, maar structurele oplossingenblijven uit,” aldus de voorzitter.
Cuba in het donker: landelijke stroomstoring legt elektriciteitsnet bloot
Op zaterdagochtend zat Cuba grotendeels zonder stroom na een landelijke netwerkstoring de avond ervoor. Deze storing trof ongeveer 10 miljoen mensen en riep vragen op over de betrouwbaarheid van het verouderde elektriciteitsnet van het eiland. De netbeheerder van Cuba, UNE, rapporteerde bij zonsopgang dat slechts een fractie van de benodigde elektriciteit werd gegenereerd: ongeveer 225 MW, minder dan 10% van de totale vraag. Dit was voldoende om essentiële diensten zoals ziekenhuizen, watervoorziening en voedselproductiecentra te ondersteunen. Ambtenaren bevestigden dat ze waren begonnen met het opstarten van de verouderde elektriciteitscentrales, maar konden geen tijdschema voor volledige herstel van de diensten geven. De stroomstoring was het gevolg van een kortsluiting in een transmissielijn bij een onderstation in Havana, wat een kettingreactie veroorzaakte die het hele eiland in duisternis dompelde. Deze storing is niet geïsoleerd; het is het gevolg van een reeks stroomuitval in het hele land eind vorig jaar. Het kwetsbare elektriciteitsysteem van Cuba werd in chaos gestort door brandstoftekorten, natuurrampen en een economische crisis. Veel Cubanen buiten Havana hebben al maandenlang te maken met stroomuitval, soms wel 20 uur per dag. Havana had zaterdagochtend nog steeds grotendeels geen elektriciteit. Verkeerslichten werkten niet, en mobiel internet was zwak of niet beschikbaar in sommige gebieden. Inwoners zoals Abel Bonne genoten van de frisse zeebries op de Malecon-boulevard, terwijl ze wachtten op herstel van de stroom. De huidige crisis wordt verergerd door de economische problemen van Cuba, die worden toegeschreven aan het Amerikaanse handelsembargo uit de Koude Oorlog. Dit embargo bemoeilijkt financiële transacties en de aanschaf van basisproducten zoals brandstof en reserveonderdelen. De voormalige Amerikaanse president Donald Trump heeft de sancties tegen Cuba aangescherpt, wat de situatie verder heeft verslechterd. De stroomstoring heeft ook sociale onrust veroorzaakt. In het verleden hebben stroomuitval geleid tot protesten, zoals in juli 2021, toen duizenden mensen de straat op gingen om hun ongenoegen uit te spreken. De Cubaanse regering heeft noodmaatregelen aangekondigd om de elektriciteitsvraag te verminderen, waaronder het sluiten van scholen en niet-essentiële diensten. De toekomst ziet er somber uit voor veel Cubanen, die worstelen met tekorten aan voedsel, medicijnen en water. De regering werkt aan projecten om het elektriciteitsnet te moderniseren met alternatieve energiebronnen, maar de uitdagingen blijven aanzienlijk.
Fatale confrontatie in Latour: verdachte vluchtte uit Guyana Naar Suriname
Op 8 augustus vorig jaar vond een dodelijk incident plaats in de Sapakarastraat in Latour, waarbij de 29-jarige Doneghy Jones het leven liet. Het drama speelde zich af kort na middernacht, toen Jones en zijn vriend D. samen door de straat liepen. Volgens de getuigenis van D. voor de kantonrechter, waren ze in gesprek toen een bromfiets naderde. Ze maakten ruimte, maar de bromfietser keerde plotseling om en richtte een vuurwapen op hen. De verdachte, R.R., eiste dat Jones zijn gouden ketting zou afstaan. Terwijl de vrienden elkaar aanzagen om te overleggen, riep Jones uit: “San mi musu puru?” De verdachte schoot daarop Jones neer, wat hem fataal werd. Ook D. raakte gewond aan zijn been door een schot. R.R. heeft tijdens de zitting toegegeven dat hij uit Guyana was gevlucht, waar hij gezocht wordt voor moord. Bovendien loopt hij in Suriname meerdere zaken wegens roof. Een andere getuige verklaarde dat hij in Latour door dezelfde verdachte was beroofd van zijn bromfiets. Hij herkende R.R. aan zijn ogen en Guyanees accent. De advocaat van de verdachte, Derrick Veira, heeft de rechter verzocht om de camerabeelden van de politie te bekijken. De zaak is uitgesteld tot 28 mei, wanneer de rechtbank verder zal ingaan op de beschuldigingen tegen R.R. De politie blijft onderzoek doen naar de achtergrond van de verdachte en zijn betrokkenheid bij andere misdrijven in zowel Suriname als Guyana.