President Chan Santokhi heeft op woensdag 19 maart de ingebruikname van nieuweproductiemachines bijgewoond bij handelsmaatschappij L. Willemsberg, de producent vanWippy pindakaas in Suriname. Hij werd vergezeld door minister Rishma Kuldipsingh vanEconomische Zaken, Ondernemerschap en Technologische Innovatie (EZ) en minister KrishnaMathoera van Defensie. De aanschaf van de machines werd mogelijk gemaakt door een matching grant vanuit een doorde Wereldbank gefinancierd project. Dit project bood bedrijven de kans om via het ministerievan EZ een aanvraag in te dienen voor ondersteuning op het gebied van bedrijfsontwikkeling.Deelnemende bedrijven moesten hun documenten en bedrijfsplannen overleggen en deze in eenpresentatie toelichten. De matching grant voorziet in technische ondersteuning, waaronderbegeleiding, coaching en training, om de efficiëntie en professionaliteit binnen bedrijven tevergroten. Naast technische ondersteuning omvat de grant ook een financiële bijdrage voor de aanschaf vanapparatuur en andere benodigdheden. L. Willemsberg had al langer de wens om nieuwemachines aan te schaffen, maar door een tekort aan middelen bleef dit uit. Dankzij degoedgekeurde subsidie via het fondsprogramma van EZ kon het bedrijf nu investeren in eengrinder en een vulmachine, die het productieproces zullen optimaliseren. In zijn toespraak benadrukte president Santokhi het belang van een gezond ondernemersklimaaten gunstige investeringsvoorwaarden. Hij wees erop dat succesvol ondernemerschap gestoeld isop transparantie, goed bestuur en een sterke rechtsstaat. De regering blijft zich inzetten omondernemers betere toegang te bieden tot financiering en markten, zodat zij verder kunnengroeien en de economie versterken.

Het Korps Politie Suriname (KPS) heeft de voorbereidingen voor de verkiezingen van 25 mei2025 op tijd gestart en is volgens korpschef Bryan Isaacs volledig op schema. Dit werd duidelijktijdens een speciale sessie gisteren op het hoofdbureau van politie, waar de korpsleiding, hetmanagementteam, gewestelijke politiecommandanten, afdelingshoofden en andereleidinggevenden aanwezig waren. De sessie werd geopend door korpschef Isaacs, die aangaf dat het KPS al op 24 mei 2024 eencommissie had ingesteld om de voorbereidingen te coördineren. “Er zijn veel voorbereidingengetroffen door de commissie en als Korps Politie Suriname zijn we on track,” verklaarde hij. Commissaris van politie Orlando Jacott, voorzitter van de verkiezingscommissie, gaf eenpresentatie over de reeds verrichte werkzaamheden en de voortgang van het proces. Tijdens desessie kregen aanwezigen de gelegenheid om vragen te stellen en feedback te geven. Korpschef Isaacs benadrukte de cruciale rol van het Commando Centrum in de aanloop naar,tijdens en na de verkiezingen. Hij riep op tot een gezamenlijke inspanning binnen het korps: “Allhands on deck,” om de veiligheid gedurende het gehele verkiezingstraject te waarborgen. Het KPS is klaar om de veiligheid en integriteit van de verkiezingen te waarborgen, met eenfocus op samenwerking en efficiënte uitvoering van de plannen.

Een groep officieren binnen het Nationaal Leger heeft zich tot president ChandrikapersadSantokhi gewend met een dringend verzoek om in te grijpen in wat zij beschouwen als een diepecrisis binnen de krijgsmacht. In een brief aan de president uiten zij hun zorgen over hetfunctioneren van het huidige militaire leiderschap. Volgens Jonathan Wolf, voorzitter van deVereniging Rechtspositie Militairen (VRM), zijn de betrokken officieren ernstig verontrust enteleurgesteld. “Deze oproep doen wij niet zomaar, maar uit pure noodzaak,” stelt Wolf. “De situatie in het legeris zorgwekkend en wij kunnen niet langer zwijgen.” Wolf legt  verder uit dat het ontbreken vaneffectief leiderschap onder bevelhebber Werner Kioe A Sen heeft geleid tot een verlies vandiscipline en motivatie binnen de gelederen. Volgens Wolf is er sprake van chaos, waarbijprofessionele militairen genegeerd worden, regels selectief worden toegepast en vriendjespolitiekeen bepalende rol speelt. Daarnaast bekritiseert de VRM de rol van minister Krishna Mathoera van Defensie. VolgensWolf bemoeit de minister zich steeds vaker met interne aangelegenheden van het leger, watvolgens hem de onafhankelijkheid en integriteit van de krijgsmacht ondermijnt. “Het leger dienthet land en de Grondwet, niet een politieke partij of persoonlijke belangen,” benadrukt hij. De VRM formuleert drie duidelijke eisen: De onmiddellijke vervanging van de huidige bevelhebber, aangezien hij het vertrouwenvan de troepen zou hebben verloren. Het stoppen van politieke inmenging door de minister van Defensie, zodat het leger zijnonafhankelijke rol kan behouden. Een open dialoog met de officieren en de bond om de president inzicht te geven in dewerkelijke situatie binnen de kazerne. Wolf pleit voor een grondige hervorming van de militaire organisatie, waarbij professionaliteit,discipline en integriteit weer centraal komen te staan. “Wij dienen Suriname met toewijding eneer, maar zolang incompetentie en politieke inmenging worden getolereerd, blijft het moreeldalen en komt de nationale veiligheid in gevaar.” Volgens de VRM moet er snel actie worden ondernomen om het leger weer te laten functionerenzoals het hoort, met militairen die zich volledig inzetten voor de bescherming van het land.

Het Algemeen Bureau voor de Statistiek in Suriname (ABS) is nog steeds bezig met het afnemen vanCensusinterviews en doet een dringend beroep op de samenleving om de Census-tellers met respect tebehandelen. De tellers zijn gemakkelijk herkenbaar aan hun Census-badge, een T-shirt met het Censuslogo en eentablet waarmee zij hun werk uitvoeren. Het ABS benadrukt dat de gegevens die de tellers verzamelen cruciaal zijn voor beleidsontwikkeling,planning en de toekomst van het land. Deze medewerkers vervullen een belangrijke taak, vaak onderuitdagende omstandigheden, om iedereen te bereiken en betrouwbare informatie te verzamelen. Het bureau heeft echter gemerkt dat Census-tellers soms onvriendelijke en respectloze reactiesondervinden. Dit kan leiden tot vervelende situaties en bemoeilijkt hun werk. Het ABS rekent op demedewerking en het begrip van de Surinaamse gemeenschap om de tellers met respect te behandelen. Het ABS hoopt op een positieve ontvangst van de gemeenschap, zodat de Census succesvol kan wordenafgerond en waardevolle informatie kan worden verzameld voor de toekomst van Suriname.

Niquel S., een 32-jarige man, is vorige week samen met zijn raadsman Derrick Veira verschenenbij de afdeling Kapitale Delicten, nadat hij door de politie in Suriname was ontboden. De verdachte, die werkzaam was als officemanager bij firma Prodimex, wordt beschuldigd vangekwalificeerde verduistering en oplichting. Het bedrijf stelt dat Niquel zich een bedrag van153.000 Surinaamse dollars heeft toegeëigend. Uit voorlopig onderzoek blijkt dat Niquel het verduisterde geld heeft omgezet in cryptocurrency.Hij erkent het geld te hebben verduisterd tijdens zijn functie bij Prodimex, maar beweert slechts80.000 SRD te hebben gebruikt. Na zijn aanmelding bij de politie is Niquel, in opdracht van het Surinaamse Openbaar Ministerie,in verzekering gesteld. Het onderzoek naar zijn activiteiten bij Prodimex is nog lopende.

In een hartverwarmend voorbeeld van internationale samenwerking hebben vrijwilligers van deStichting Vrienden van Suriname opnieuw een container vol hulpgoederen geladen enklaargemaakt voor verzending naar Paramaribo. Dit is inmiddels de vierde container die dit jaarwordt verstuurd, wat de voortdurende inzet van de stichting voor de gemeenschap in Surinamebenadrukt. De container bevat een breed scala aan essentiële goederen, bestemd voor scholen,zorginstellingen en medische faciliteiten. Om ervoor te zorgen dat de hulpgoederen op de juiste plekken terechtkomen, heeftdistrictscommissaris mevrouw Gobardhan toegezegd zich in te zetten voor de distributie vanonder andere het schoolmeubilair. Haar betrokkenheid onderstreept het belang van lokalesamenwerking bij het succesvol verdelen van de ingezamelde goederen, zodat ze daadwerkelijkterechtkomen bij de instellingen en mensen die ze het meest nodig hebben.

De Oekraïense president Volodymyr Zelensky heeft Rusland beschuldigd van het voortzetten van aanvallen op Oekraïense energie-infrastructuur, ondanks eerdere toezeggingen van de Russische president Vladimir Poetin. Deze toezeggingen waren gedaan in het kader van een voorstel van de Amerikaanse president Donald Trump, dat een stopzetting van de aanvallen voor een periode van dertig dagen beoogde. Tijdens een persconferentie in Finland, samen met zijn Finse collega Alexander Stubb, verklaarde Zelensky dat er ‘s nachts 150 drones waren afgevuurd. Deze drones hadden onder andere Oekraïense energievoorzieningen als doelwit. “Hoewel Poetin tijdens zijn gesprek met Trump beweerde het bevel te hebben gegeven om de aanvallen te stoppen, werden er opnieuw doelwitten getroffen, waaronder twee ziekenhuizen,” aldus Zelensky. “Poetins uitspraken staan in schril contrast met de werkelijkheid.” Rusland heeft op haar beurt Oekraïne beschuldigd van een aanval op een oliedepot in Zuid-Rusland. Het Russische ministerie van Defensie stelde dat de aanval een provocatie was van het Oekraïense regime, bedoeld om de vredesinitiatieven van Trump te ondermijnen. Volgens de Russische autoriteiten ontstond er brand na de aanval op het oliedepot in de regio Krasnodar.

Een Amerikaanse rechter heeft tijdelijk de uitvoering opgeschort van een decreet van president Donald Trump dat transgenders uitsluit van militaire dienst. Deze uitspraak volgt op een rechtszaak aangespannen door twintig huidige en toekomstige militairen, die de grondwettelijkheid van het besluit aanvechten. Rechter Ana Reyes, benoemd door Trumps voorganger Joe Biden, oordeelde dat het bevel van 27 januari waarschijnlijk in strijd is met het verbod op seksediscriminatie in de Amerikaanse grondwet. “Het is ironisch dat duizenden transgender militairen zich hebben ingezet en zelfs hun leven hebben riskeren om de rechten van anderen te beschermen, terwijl dit verbod hen diezelfde rechten ontneemt,” aldus Reyes. Het leger had op 11 februari aangekondigd geen nieuwe transgender rekruten meer toe te laten en te stoppen met het faciliteren van geslachtsveranderende procedures voor militairen. Later die maand werd duidelijk dat ook actieve transgender militairen uit het leger zouden worden gezet. Dit proces ligt nu voorlopig stil. Volgens cijfers van het Amerikaanse ministerie van Defensie telt het leger ongeveer 1,3 miljoen actieve militairen. Voorvechters van transgenderrechten schatten dat zo’n 15.000 van hen transgender zijn, terwijl overheidsfunctionarissen spreken van slechts enkele duizenden.

Leerkrachten op vo-scholen in Suriname zijn ontevreden over de extra vakken die zij moeten verzorgen sinds de fusie van lbo- en muloscholen. Deze overstap heeft geleid tot een tekort aan vakleerkrachten, waardoor onderwijzers vakken buiten hun specialiteit moeten geven, zonder extra vergoeding. Een leerkracht van een bijzondere vo-school uitte haar frustratie tegenover Suriname Herald: “We moeten zoveel vakken verzorgen omdat de leerkrachten er niet zijn. Mevrouw Poese beloofde ons dat er reservekrachten zouden worden ingezet, maar we zijn inmiddels in maart en we hebben nog geen duidelijkheid gekregen.” Sinds de fusie worden vakken van de voormalige lbo-scholen nu op de vo-scholen verzorgd. Naast hun reguliere vakken, zoals cultuur, mode en creatie, dragen onderwijzers ook de verantwoordelijkheid voor de begeleiding van studenten in studieloopbaanbegeleiding (SLB). Dit alles zonder extra betaling, wat voor veel onderwijzers een zware belasting is. De situatie wordt verder gecompliceerd door grote tekorten aan vakdocenten. Een onderwijzeres van een school in Latour vertelt: “Er zijn vakken waarvoor we geen leerkrachten hebben, zoals Zorg en Welzijn, Mode en Creatie, Culturele Vorming, Beroepsvorming, ICT en SLB. We moeten steeds uitzoeken hoe we die vakken moeten verzorgen, omdat het niet ons vakgebied is. We hebben er niet voor gestudeerd.” Daarnaast ervaren de leerkrachten dat de leerlingen niet goed meekomen door de structuur van de lessen. “De vakken worden maar één keer per week verzorgd, waardoor de leerlingen alles vergeten en we constant weer van voren af aan moeten beginnen.” Volgens informatie van een andere school, moeten leerkrachten ook vakken buiten hun eigen specialisatie geven. Zo verzorgt een Biologie-lerares ook lichamelijke opvoeding en een ICT-leerkracht geeft tekenen. Helima Poese, directeur Algemeen Vormend Onderwijs (AVO), erkent de problemen, maar benadrukt de uitdagingen die het ministerie momenteel ervaart bij het vinden van geschikte vervangingen. “We begrijpen de situatie, maar kampen zelf ook met het tekort aan leerkrachten,” aldus Poese.

Minister Kenneth Amoksi van Justitie en Politie benadrukte maandag tijdens de ondertekening van het Nationaal Multisectoraal Early Childhood Development (ECD) Beleid 2025-2035 in de ballroom van Royal Torarica dat investeren in de vroege ontwikkeling van kinderen bijdraagt aan de preventie van criminaliteit en de bevordering van sociale stabiliteit. Hij legde uit dat kinderen die opgroeien in een veilige omgeving met de nodige zorg, liefde, begeleiding en middelen, minder kans lopen om slachtoffer te worden van mishandeling, verwaarlozing of huiselijk geweld. Dit kan leiden tot een vermindering van meldingen van geweld bij het Korps Politie Suriname (KPS) en draagt bij aan een veiligere samenleving. Volgens Amoksi kan het vroegtijdig identificeren van risicofactoren zoals trauma en verwaarlozing voorkomen dat kinderen later in hun leven in aanraking komen met de politie. Dit vroege ingrijpen kan de kosten van strafrechtelijke vervolging en gevangenisstraffen op lange termijn verminderen. Het ministerie van Justitie en Politie blijft zich inzetten voor de rechtsbescherming en veiligheid van kinderen. Bestaande activiteiten gericht op de preventie van jeugdcriminaliteit en geweld zullen worden voortgezet, evenals beleidsmaatregelen en wetgeving om kinderen beter te beschermen. Amoksi noemde onder andere de ratificatie van vier Haagse verdragen, de Wet Kinderombudspersoon, en het project om een Amber Alert-systeem in Suriname op te zetten. Dit systeem zal worden ingezet wanneer een kind vermist, ontvoerd of meegenomen wordt, om de kans op een snelle en veilige terugkeer te vergroten. De uitvoering van het Nationaal ECD Beleid vereist een gezamenlijke inspanning, aldus Amoksi. Hoewel er nog veel werk te doen is en niet altijd alle middelen en diensten beschikbaar zijn, blijft het ministerie zich inzetten. “We hebben de steun van iedereen nodig om een land te creëren waar men kan rekenen op de bescherming van onze kinderen,” concludeerde Amoksi.