President Jennifer Simons heeft tijdens haar eerste officieel werkbezoek aan het ministerie van Buitenlandse Zaken, Internationale Handel en Samenwerking (BIS) haar waardering uitgesproken voor de kwaliteit van de overdrachtsdocumentatie. “Wat ik heb gezien aan informatie over personeel, beleid en lopende projecten is van uitzonderlijke kwaliteit. Dat verdient applaus,” aldus het staatshoofd, die vrijdag in gesprek ging met minister Melvin Bouva en het BIS-team. Ze benadrukte dat een dergelijke grondige overdracht niet wettelijk verplicht is, maar getuigt van professionaliteit en betrokkenheid binnen het ministerie. Diplomatie als motor van ontwikkelingMinister Bouva sprak van een betekenisvol moment. “Het eerste officiële bezoek van de president is geen toeval: het buitenlands beleid wordt door de president aangestuurd en wij voeren het uit.” In lijn met zijn visie “We need to make Suriname shine again”, gaf de bewindsman aan dat het land zijn diplomatieke positie internationaal wil versterken via strategische samenwerking, economische diplomatie en zichtbare maatschappelijke impact. Volgens Bouva gaat het ministerie verder dan protocollaire verplichtingen. “Van agrarische samenwerking tot consulaire dienstverlening en migratiehervorming – onze acties moeten tastbare resultaten opleveren voor het volk.” Noodzaak van economische diplomatiePresident Simons benadrukte dat economische diplomatie cruciaal is in het licht van Surinames zware schuldenlast. “We moeten actief op zoek naar internationale partnerschappen die ontwikkelingsruimte scheppen.” Ze wees daarbij ook op de strategische waarde van de Surinaamse diaspora, die wettelijk erkend is als onderdeel van de nationale gemeenschap. Diplomatieke posten moeten wat haar betreft beter worden gefaciliteerd om deze groep te ondersteunen en te betrekken. Herziening status PSA-houdersEen belangrijk aandachtspunt dat de president aansneed, betreft de behandeling van Personen van Surinaamse Afkomst (PSA). Ze uitte kritiek op de huidige praktijk waarbij PSA-houders hun status om de vijf jaar moeten herbevestigen. “Dat is nooit de bedoeling geweest van de wet. Surinaamse afkomst bewijs je één keer, net als nationaliteit. Ook buiten onze landsgrenzen verdienen Surinamers rechtszekerheid.” Mocht daarvoor aanpassing van de wetgeving nodig zijn, dan verwacht de president dat BIS hierop initiatief toont. Afsluiting en waarderingHet bezoek werd afgesloten met een dankwoord aan het personeel van het ministerie. Simons prees de inzet van de medewerkers en benadrukte dat zij de ruggengraat vormen van het buitenlands beleid. Ze gaf aan dat de verdere beleidsafstemming in nauw overleg met minister Bouva zal plaatsvinden.

Vanaf maandag 4 augustus zal de afdeling Rijbewijzen van het Korps Politie Suriname (KPS) geen fysieke documenten meer aannemen aan de loketten. Deze maatregel betekent de volledige overstap naar een digitaal aanvraagproces, exact één maand na de officiële lancering van het nieuwe systeem. Vanaf die datum kunnen burgers hun aanvragen uitsluitend online indienen via de officiële website van het KPS. Het gaat om de volgende diensten: Verlenging van het Surinaams rijbewijs Aanvraag van een duplicaat Verlening van een internationaal rijbewijs De afdeling Rijbewijzen benadrukt dat alle benodigde informatie, instructies en vereiste formulieren overzichtelijk beschikbaar zijn op de website. Aanvragers worden dringend geadviseerd de richtlijnen zorgvuldig te volgen om onnodige vertragingen of afwijzingen te voorkomen. Met deze digitaliseringsslag streeft het Korps naar een snellere, transparantere en klantvriendelijkere dienstverlening. Door papierstromen en fysieke handelingen te verminderen, hoopt men ook de administratieve lasten voor zowel burgers als medewerkers te verlichten. Voor vragen of technische ondersteuning kunnen burgers terecht via de contactgegevens op de officiële website van het Korps Politie Suriname.

Op het ministerie van Openbare Werken en Ruimtelijke Ordening zijn recentelijk meer dan 90 medewerkers van het directoraat Openbaar Groen en Afvalbeheer per direct ontslagen. De maatregel werd genomen door minister Stephen Tsang, die stelt dat er fouten zijn gemaakt bij hun aanstelling op 2 juli, onder leiding van voormalig minister Riad Nurmohamed. Volgens de officiële ontslagbrief is er sprake van een “omissie in het aanstellingsproces”, waardoor opname op de loonlijst niet mogelijk is. De betrokken medewerkers zijn opgedragen niet meer op het werk te verschijnen. De ontslagen werknemers hebben de hulp ingeroepen van de Algemene Bond Personeel Milieubeheer, die inmiddels het overleg met de minister heeft aangevraagd. De personeelsleden stellen dat zij op basis van hun kwalificaties zijn aangenomen en dat zij een maand hebben gewerkt zonder daarvoor te zijn uitbetaald. Volgens hen zijn zij slachtoffer van de recente regeringswisseling. Ontheffingen bij Financiën en PlanningOok op het ministerie van Financiën en Planning zijn personele verschuivingen doorgevoerd. Regillio Hira, hoofd van de afdeling Treasury, en Ritesh Ganpat, onderdirecteur Economische Aangelegenheden, zijn per 1 augustus ontheven uit hun functies. In een brief, gedateerd 31 juli, is hen meegedeeld dat deze maatregel is genomen vanwege “gewijzigde beleidsinzichten”. Beide functionarissen waren jarenlang verbonden aan het ministerie en speelden een belangrijke rol in het financieel-economisch beleid van de afgelopen regeringsperiode. De recente ontslagen en verschuivingen binnen de ambtelijke top zorgen voor bezorgdheid onder het personeel en vakbonden. Er wordt gevreesd voor verdere politisering van overheidsfuncties en gebrek aan continuïteit in beleidsuitvoering.

Op het ministerie van Openbare Werken en Ruimtelijke Ordening zijn meer dan 90 medewerkers van het directoraat Openbaar Groen en Afvalbeheer per direct ontslagen. Volgens minister Stephen Tsang zijn bij hun aanstelling op 2 juli, onder het bewind van voormalig minister Riad Nurmohamed, ernstige procedurele fouten gemaakt. De betrokken medewerkers ontvingen een officiële brief waarin werd meegedeeld dat er een “omissie in het aanstellingsproces” is vastgesteld. Hierdoor is plaatsing op de loonlijst niet mogelijk, en werd hen opgedragen niet langer op het werk te verschijnen. De ontslagen personeelsleden stellen dat zij zijn aangenomen op basis van hun ervaring en bekwaamheid. Zij hebben inmiddels de Algemene Bond Personeel Milieubeheer ingeschakeld, die overleg met de minister heeft aangevraagd. Volgens de werknemers zijn zij slachtoffer van de recente regeringswisseling, en bovendien hebben zij een maand gewerkt zonder daarvoor betaald te zijn. Functiewijzigingen bij Financiën en PlanningOp het ministerie van Financiën en Planning zijn eveneens personele wijzigingen doorgevoerd. Twee ervaren ambtenaren, Regillio Hira (hoofd afdeling Treasury) en Ritesh Ganpat (onderdirecteur Economische Aangelegenheden), zijn per 1 augustus ontheven uit hun functies. In een brief van 31 juli werd hen meegedeeld dat deze maatregel voortvloeit uit “gewijzigde beleidsinzichten”. Beide functionarissen waren jarenlang verbonden aan het ministerie en speelden een sleutelrol in de uitvoering van het financieel-economisch beleid. De recente ontwikkelingen hebben geleid tot toenemende zorgen over de stabiliteit van het ambtelijk apparaat. Vakbonden en personeelsleden vrezen dat politieke overwegingen een grotere rol spelen in het personeelsbeleid dan de inhoudelijke prestaties van medewerkers.

Een tragisch incident heeft zaterdagmiddag het leven gekost van een 8-jarig meisje bij het recreatiegebied Ayo, gelegen aan de rivier. Het meisje kwam om het leven na een aanvaring met een waterscooter. Volgens de eerste berichten voer een bestuurder met hoge snelheid over het water toen hij drie zwemmers raakte die zich dicht bij de oever bevonden. Onder de slachtoffers bevinden zich twee minderjarigen, waaronder het overleden meisje, en een volwassen man. Omstanders verklaarden dat het meisje zwaar gewond raakte en ter plekke aan haar verwondingen is overleden. De toestand van de andere twee slachtoffers is nog onbekend. De politie en hulpdiensten zijn ter plaatse gekomen voor onderzoek. Over de identiteit van de bestuurder is nog niets officieel bekendgemaakt. Ook is nog onduidelijk of er sprake was van roekeloos gedrag of technische mankementen. Het incident heeft diepe indruk gemaakt op bezoekers van het recreatiegebied. Meerdere aanwezigen spraken hun afschuw uit over het gebrek aan toezicht en veiligheidsmaatregelen op en rond het water. Het onderzoek naar de exacte toedracht van het ongeval is in volle gang.

De democratie in El Salvador heeft donderdag een nieuwe klap gekregen. In een razendsnel proces keurde het parlement een grondwetswijziging goed die onbeperkte herverkiezing van de president mogelijk maakt. Critici zien hierin het definitieve bewijs dat president Nayib Bukele zijn macht voor onbepaalde tijd wil consolideren.De wijziging werd ingediend door een onbekend parlementslid van Bukele’s partij New Ideas en binnen drie uur zonder debat of commissiebehandeling aangenomen met 57 stemmen vóór en 3 tegen.“Het volk beslist hoe lang een leider blijft”, verklaarde parlementsvoorzitter Ernesto Castro triomfantelijk op X (voorheen Twitter). Maar oppositielid Marcela Villatoro sprak van het einde van de democratie in El Salvador: “Vandaag is de democratie gestorven.”Meer dan alleen herverkiezingDe aangenomen grondwetswijziging bevat ingrijpende hervormingen:• Onbeperkte herverkiezing wordt wettelijk toegestaan.• Presidentiële ambtstermijn wordt verlengd van vijf naar zes jaar.• Tweede stemrondes worden afgeschaft.• De volgende presidentsverkiezing wordt vervroegd naar 2027, wat de oppositie nauwelijks tijd geeft om zich te organiseren.Lange aanloop naar autoritaire machtBukele’s autoritaire tendensen zijn volgens critici al jaren zichtbaar. In 2020 stuurde hij gewapende militairen naar het parlement om druk uit te oefenen, en een jaar later werden rechters van het Hooggerechtshof vervangen door partijgetrouwen. Deze rechters maakten het hem in 2023 mogelijk zich kandidaat te stellen voor een tweede termijn, iets wat eerder grondwettelijk verboden was.Populair maar omstredenBukele blijft razend populair bij veel Salvadoranen, vooral dankzij zijn harde aanpak van bendegeweld. Maar volgens mensenrechtenorganisaties gaat die strijd gepaard met repressie, willekeurige arrestaties en machtsmisbruik. In de afgelopen maanden vluchtten tientallen journalisten en activisten het land uit, en prominente critici werden gearresteerd.Stilte vanuit de VSOndanks de zorgwekkende ontwikkelingen bleef een reactie uit vanuit de Verenigde Staten. Bukele onderhoudt goede banden met Donald Trump en diens achterban. In april noemde Trump hem nog “a hell of a president”. De huidige minister van Buitenlandse Zaken, Marco Rubio, weigerde commentaar.Volgens VN-rapporteur Gina Romero is de stilte van de VS veelzeggend: “Bukele controleert de rechtbanken, het parlement, de media én het verhaal. Als dat geen autocratie is, wat dan wel?”Gelatenheid in eigen landDe publieke reactie in El Salvador bleef opvallend kalm. Ondanks de prominente media-aandacht voor de wetswijziging bleven massale protesten uit. Veel Salvadoranen lijken hun vertrouwen in de democratie al langer verloren te hebben en bereiden zich voor op een vakantieweek waarin overheidsdiensten gesloten zijn.Bertha María Deleón, een voormalige medewerker van Bukele en nu een uitgesproken criticus, vat het bondig samen: “Hij volgt het handboek van de dictator.”

In Chili is een grootschalige reddingsoperatie opgestart nadat donderdagmiddag een deel van de El Teniente-mijn is ingestort. Door de instorting op ruim 900 meter diepte raakten vijf mijnwerkers vermist en kwam één werknemer om het leven. De mijn ligt nabij Rancagua, ongeveer 100 kilometer ten zuiden van hoofdstad Santiago, en is de grootste ondergrondse kopermijn ter wereld. Aardbeving veroorzaakte instorting Volgens de mijnleiding is de instorting veroorzaakt door een seismische beving met een kracht van 4.2 op de schaal van Richter. Als gevolg werden meerdere tunnels afgesloten. De exacte locatie van de vermisten is intussen vastgesteld met gespecialiseerde apparatuur, maar communicatie met hen is nog niet tot stand gebracht. “De tunnels zijn volledig afgesloten. Tot nu toe hebben we geen contact kunnen leggen,” verklaarde Andrés Music, algemeen directeur van de El Teniente-mijn, tijdens een persconferentie. Alles op alles voor de redding Máximo Pacheco, voorzitter van het Chileense staatsmijnbedrijf Codelco, benadrukte de inzet van het bedrijf: “We zullen alles doen wat menselijk mogelijk is om deze vijf mijnwerkers levend terug te halen. Onze volledige capaciteit is ingezet.” Codelco annuleerde uit respect de geplande presentatie van zijn halfjaarcijfers. Aan de reddingsactie nemen meer dan 100 specialisten deel, waaronder reddingswerkers met ervaring uit de beroemde reddingsoperatie van 33 mijnwerkers in de Atacamawoestijn in 2010. De komende 48 uur zijn volgens Music cruciaal voor het reddingsproces. Tijdelijke sluiting en onderzoek Minister van Mijnbouw Aurora Williams heeft de tijdelijke sluiting van El Teniente afgekondigd. De mijn is sinds het begin van de 20e eeuw in bedrijf en beschikt over een indrukwekkend netwerk van meer dan 4.500 kilometer aan ondergrondse tunnels. Autoriteiten onderzoeken momenteel of de beving natuurlijk was of mogelijk werd veroorzaakt door mijnactiviteiten. Koperproductie en risico’s El Teniente leverde in 2024 zo’n 356.000 ton koper, bijna 7 procent van de totale Chileense productie. Chili zelf blijft ’s werelds grootste koperproducent, goed voor ongeveer een kwart van het wereldwijde aanbod. Hoewel Chili geldt als een van de veiligste landen ter wereld om in te mijnen – met in 2024 een dodelijkheidspercentage van slechts 0,02% – blijft het kwetsbaar door zijn ligging in de Pacifische Ring van Vuur, een seismisch actief gebied. De reddingsactie gaat onafgebroken door. De toestand van de vermiste mijnwerkers is onzeker, maar de hoop op een succesvolle redding blijft overeind.

Voor het eerst in de geschiedenis van Colombia is een voormalig staatshoofd veroordeeld in een strafproces. Álvaro Uribe Vélez, die van 2002 tot 2010 president was, kreeg vrijdag van rechter Sandra Liliana Heredia een straf van 12 jaar huisarrest opgelegd wegens procesmisbruik en het omkopen van een ambtenaar. Daarnaast moet hij een boete van 578.000 Amerikaanse dollar betalen en mag hij de komende acht jaar geen openbaar ambt bekleden. De uitspraak volgde op een openbare zitting waarin de rechter het vonnis voorlas. Uribe (73), die zijn onschuld blijft volhouden, kondigde direct aan in beroep te gaan. Zijn juridische team is van plan het volledige vonnis aan te vechten. De ex-president moet zich eerst melden bij de autoriteiten in Rionegro, Antioquia, waarna het huisarrest direct zal ingaan. Dertien jaar juridische strijd De zaak tegen Uribe begon in 2012, toen hij de linkse senator Iván Cepeda beschuldigde van laster. Cepeda zou, volgens Uribe, ex-paramilitairen hebben ingezet om valse verklaringen over zijn vermeende banden met rechtse paramilitaire groeperingen te verspreiden. In 2018 concludeerde het Hooggerechtshof echter dat Uribe zelf via zijn advocaat Diego Cadena getuigen had benaderd en omgekocht om in zijn voordeel te verklaren. Twee ex-paramilitairen getuigden dat zij geld en gunsten aangeboden kregen in ruil voor positieve verklaringen over Uribe. Cadena, die eveneens vervolgd wordt, ontkent iedere betrokkenheid. Cepeda is in de zaak officieel erkend als slachtoffer en was aanwezig bij de recente zittingen. Elke aanklacht – zowel omkoping als procesmisbruik – droeg een maximumstraf van 12 jaar. Uribe kreeg de hoogst mogelijke straf binnen de wettelijke kaders. Politieke en internationale impact De veroordeling valt op een gevoelig moment: minder dan een jaar voor de presidentsverkiezingen van 2026. Uribe’s partij, het rechts-conservatieve Democratisch Centrum, heeft meerdere kandidaten in de race. De uitspraak zou dan ook grote gevolgen kunnen hebben voor de interne machtsverhoudingen in Colombia. Internationaal leidde het vonnis tot verdeeldheid. De Amerikaanse senator Marco Rubio bestempelde het als “politieke wraak door radicale rechters”, terwijl andere analisten waarschuwen dat het vonnis mogelijk invloed kan hebben op de Amerikaanse hulp aan Colombia. Verdeeld nalatenschap Uribe blijft een omstreden figuur in Colombia. Hij wordt geprezen voor zijn harde aanpak van linkse guerrillabewegingen, maar ligt al jaren onder vuur vanwege zijn vermeende banden met rechtse paramilitairen. Deze groeperingen waren verantwoordelijk voor grootschalige mensenrechtenschendingen tijdens het interne gewapende conflict. Volgens de Colombiaanse waarheidscommissie zijn paramilitairen, samen met guerrillagroepen en het leger, verantwoordelijk voor bijna 205.000 doden – bijna de helft van alle slachtoffers in het decennialange conflict. Met deze veroordeling voegt Uribe zich bij een reeks Latijns-Amerikaanse leiders die juridisch zijn aangepakt wegens misdrijven, waaronder Alberto Fujimori (Peru), Luiz Inácio Lula da Silva (Brazilië), Cristina Fernández de Kirchner (Argentinië) en Ricardo Martinelli (Panama).

Uit de kluis van de Narcotica Brigade zijn tonnen aan geld in verschillende valuta en een aanzienlijke hoeveelheid sieraden verdwenen. Hoewel de onregelmatigheden al sinds april bekend zijn, is de zaak tot nu toe niet officieel naar buiten gebracht. Volgens bronnen zou het gaan om meer dan 300.000 Amerikaanse dollar, aangevuld met euro’s, Surinaamse dollars en waardevolle sieraden. Drie politiefunctionarissen, waaronder een inspecteur en twee majoors, zijn inmiddels als verdachten in beeld en gisteren verhoord door de afdeling Onderzoek Personele Zaken (OPZ). Er loopt nog steeds een uitgebreide registratie om precies in kaart te brengen wat ontbreekt. De verdwenen goederen betreffen in beslag genomen drugsgelden, sieraden en mobiele telefoons. Stilte van officiële instanties De afdeling Public Relations van het Korps Politie Suriname houdt de lippen stijf op elkaar. In een summiere verklaring stelt de politie:“Na klachten over onregelmatigheden bij de Narcotica Brigade is recent een diepgaand onderzoek gestart. Daarbij is vastgesteld dat in beslag genomen gelden, waarvan de teruggave door het Openbaar Ministerie (OM) was bevolen, zijn ontvreemd. Inmiddels zijn interne maatregelen genomen met betrekking tot de omgang met in beslag genomen goederen.” Het Openbaar Ministerie bevestigt tegenover Starnieuws dat er bedragen ontbreken in verschillende valuta – SRD, US-dollar en euro – evenals sieraden. “Het betreft een omvangrijk onderzoek waarbij de afdeling OPZ reeds is gestart met het horen van betrokkenen. Gezien het onderzoeksbelang en strategische overwegingen kunnen wij momenteel geen verdere details verstrekken,” aldus de Unit Communicatie van het OM. Structureel gebrek aan administratie Wat het onderzoek extra alarmerend maakt, is het feit dat er geen sluitende administratie werd bijgehouden van de in beslag genomen goederen. Bronnen binnen het korps melden dat dit de controle op het beheer en de terugvordering van deze middelen ernstig bemoeilijkt. De zaak brengt niet alleen het functioneren van de Narcotica Brigade onder een vergrootglas, maar stelt ook bredere vragen over integriteit, interne controlemechanismen en het vertrouwen in de rechtshandhaving.

De Surinaamse overheid heeft het hoger beroep ingetrokken in de aanbestedingszaak rond het infrastructuurproject aan de Van ’t Hogerhuysstraat. Hiermee is het eerdere vonnis van de rechter, waarin de gunning aan Kuldipsingh Infra N.V. werd teruggedraaid, definitief geworden. Dat bevestigt Farsi Khudabaks, directeur van Baitali NV, aan Starnieuws. Het project, met een waarde van 23 miljoen Amerikaanse dollar en gefinancierd door de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank (IDB), werd aanvankelijk gegund aan Kuldipsingh Infra. Baitali NV, die de laagste inschrijving had gedaan, tekende bezwaar aan na afwijzing van haar aanbod. De kantonrechter stelde Baitali in het gelijk en schorste de uitvoering van het project. Rechter verwerpt alle verweerpunten In het vonnis werden alle zes verweerpunten van het ministerie van Openbare Werken verworpen. De rechter oordeelde dat Baitali NV onterecht niet als geldige inschrijver was aangemerkt. Het ministerie werd verplicht om: De afwijzingsbrief aan Baitali in te trekken Het besluit op het bezwaarschrift van Baitali te herroepen De gunning aan Kuldipsingh Infra N.V. in te trekken De aanbestedingsprocedure opnieuw uit te voeren, waarbij ook Baitali’s inschrijving op juiste wijze moet worden meegenomen Met de intrekking van het hoger beroep heeft het vonnis nu het zogenoemde gezag van gewijsde gekregen en zal het moeten worden uitgevoerd. Politieke en bestuurlijke achtergrond De beslissing om het beroep in te trekken werd genomen door waarnemend minister van Openbare Werken, André Misiekaba. Hij gaf opdracht aan de advocaat van de Staat om het beroep officieel in te trekken. Het hoger beroep was kort voor zijn vertrek nog ingesteld door toenmalig minister Riad Nurmohamed. De huidige minister van Openbare Werken, Stephen Tsang, heeft inmiddels overleg gevoerd met de betrokken partijen, waaronder de IDB. Hij laat weten tijdens een persconferentie verdere uitleg te zullen geven over het besluit, maar wilde vooralsnog niet inhoudelijk reageren.