In Ecuador zijn elf militairen door een rechtbank veroordeeld tot gevangenisstraffen van ruim 34
jaar voor de gedwongen verdwijning en dood van vier jongens. De zaak heeft het land geschokt
en werpt vragen op over de rol van het leger in de harde veiligheidsaanpak van president Daniel
Noboa tegen georganiseerde misdaad.
De jongens, tussen de 11 en 15 jaar oud, werden in Guayaquil opgepakt terwijl zij na een
voetbalwedstrijd naar huis liepen in de arme wijk Las Malvas. Ze werden meegenomen door een
legerpatrouille en sindsdien niet meer levend gezien. Enkele weken later werden hun verbrande
lichamen gevonden in de buurt van een militaire basis. Volgens de rechtbank werden de kinderen
mishandeld, gedwongen zich uit te kleden en achtergelaten in een landelijk gebied. De bewering
dat de jongens betrokken waren bij criminele activiteiten werd door de rechters verworpen; het
betrof onschuldige burgers. Familieleden spreken van gerechtigheid na een jaar van onzekerheid
en verdriet.
Het ministerie van Defensie betuigde medeleven met de families, maar stelde dat de
strijdkrachten binnen de wet handelden. De verdediging van de militairen heeft aangekondigd in
beroep te gaan, terwijl de Ombudsman tientallen vergelijkbare klachten onderzoekt.
