Met grote ontzetting en verontwaardiging heeft de Vereniging van Inheemse Dorpshoofden in Suriname (VIDS) kennisgenomen van de Nota van Wijziging op de ontwerpwet over de collectieve rechten van Inheemse en Tribale volken. Deze wet werd in juni 2021 door de regering bij de Nationale Assemblee ingediend. De nieuwe versie van de wet is een ommezwaai ten opzichte van de eerdere belofte om de rechten van deze volken te erkennen.
Het overheidsbericht dat de hele regeringsraad dit ontwerp heeft goedgekeurd, suggereert dat alle coalitiepartners achter het voorstel staan. Dit maakt duidelijk dat de regering de collectieve rechten van Inheemse en Tribale volken niet wil erkennen conform internationale standaarden, ondanks juridische verplichtingen zoals vonnissen van het Inter-Amerikaans Hof voor Mensenrechten.
De nieuwe conceptwet moet naar de prullenbak, aldus de VIDS. Een eerste analyse toont aan dat:
- De wet spreekt over “Inheemsen” in plaats van “Inheemse volken,” wat een bewuste miskenning van de oorspronkelijke bewoners van Suriname is.
- Inheemse en Tribale volken worden niet als zodanig erkend. In plaats daarvan moet een “gemeenschap” als rechtspersoon worden opgericht en zich inschrijven bij de Kamer van Koophandel en Fabrieken (KKF).
- Voor de erkenning van deze gemeenschappen moet de regering eerst een wetenschappelijke studie uitvoeren naar de traditionele woon- en leefwijze. Dit impliceert dat de regering zal oordelen over de leefwijze en daarna bepalen of de gemeenschappen in aanmerking komen voor collectieve rechten.
- Collectieve rechten worden niet direct erkend; er moet eerst een aanvraag worden ingediend nadat de gemeenschap zich heeft geregistreerd bij de KKF en de wetenschappelijke studie is afgerond.
- Grondenrechten worden niet beschreven als collectieve eigendomsrechten, zoals verplicht door het internationaal recht, maar slechts als “genot en gebruik” van het gebied voor traditionele woon- en leefwijzen.
- Traditioneel bestuur wordt per “gemeenschap” genoemd en moet zich ook inschrijven bij de KKF voordat een verzoek om collectieve rechten kan worden ingediend.
- Bestaande rechten zoals mijnbouw, grondhuur, eigendomstitels en houtkap blijven bestaan en worden niet verlengd of vernieuwd, tenzij in “algemeen belang.”
- FPIC (Free, Prior and Informed Consent) betekent in dit nieuwe concept alleen dat het bestuur betrokken moet worden bij besluitvorming over economische activiteiten in hun woongebied, en dit moet nader bij wet worden vastgesteld, wat jaren kan duren.
De VIDS heeft nog veel meer kritiek op dit nieuwe concept en beschouwt het als waardeloos. Het heeft alleen waarde voor diegenen die de collectieve rechten van Inheemse en Tribale volken niet oprecht en conform internationale standaarden willen erkennen en beschermen. De regering heeft zichzelf beledigd door zich te presenteren als een rechtsstaat die zich houdt aan de beginselen van goed bestuur en volwaardig lidmaatschap van de internationale gemeenschap.
De VIDS roept de Nationale Assemblee op om haar rol als wetgevend orgaan met eer en geweten uit te voeren, conform de juridische verplichtingen van de Staat Suriname en internationale standaarden. De Assemblee moet zich niet laten leiden door politieke partijen en de regering die deze nieuwe ontwerpwet hebben ingediend.